Overeenkomst tot arbitrage
Einde inhoudsopgave
Overeenkomst tot arbitrage (BPP nr. 13) 2011/6.2.3.1:6.2.3.1 Algemeen
Overeenkomst tot arbitrage (BPP nr. 13) 2011/6.2.3.1
6.2.3.1 Algemeen
Documentgegevens:
Mr. G.J. Meijer, datum 20-07-2011
- Datum
20-07-2011
- Auteur
Mr. G.J. Meijer
- JCDI
JCDI:ADS510889:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht (V)
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Anders dan bij arbitrale vonnissen, bepaalt het Verdrag van New York niet welk toepassingsbereik het heeft met betrekking tot overeenkomsten tot arbitrage.
Aanvankelijk was het de bedoeling de regeling inzake de overeenkomst tot arbitrage (inzake de formele eisen dienaangaande en de gevolgen van het beroep op de overeenkomst bij de gewone rechter) in een afzonderlijk Protocol bij het Verdrag van New York op te nemen, evenals bij het Verdrag van Genève 1927 met het Protocol van Genève 1923 was geschied. Eerst op het laatste moment is de regeling inzake de overeenkomst tot arbitrage geheel in het Verdrag van New York zelf opgenomen met als gevolg dat men aan een regeling voor het toepassingsbereik in dit opzicht niet is toegekomen.1
Voor het toepassingsbereik van het verdrag met betrekking tot overeenkomsten tot arbitrage moet mijns inziens hetzelfde gelden als zojuist is opgemerkt bij het arbitraal vonnis. Het verdrag is in elk geval van toepassing op de overeenkomst tot arbitrage waaruit voortvloeit dat de arbitrage plaatsvindt of moet plaatsvinden in een andere Staat dan de Staat waar het beroep op de overeenkomst tot arbitrage wordt gedaan.2 Verdedigd kan worden dat, als het gaat om de overeenkomst tot arbitrage, de nationaliteit van partijen en de "internationaliteit" van het onderwerp van het geschil — anders dan bij de erkenning en tenuitvoerlegging van buitenlandse arbitrale vonnissen — voor de toepassing van het Verdrag van New York ook bepalend kunnen zijn (zie 6.2.3.3; vgl. 6.2.2.1).3