Einde inhoudsopgave
RvdW 2022/1076
Hennepteelt in door verdachte gehuurde flat (art. 3 onder B Opiumwet), aanwezig hebben van hennepplanten (art. 3 onder C Opiumwet) en (gekwalificeerde) diefstal (art. 310 en 311 lid 1 onder 5 Sr). 1. Bewijsklacht telen en aanwezig hebben van 249 hennepplanten. Kan uit de bewijsvoering verantwoordelijkheid van verdachte voor de hennepkwekerij worden afgeleid? 2. Bewijsklacht betrokkenheid verdachte bij diefstal van elektriciteit en een watermeter. HR: art. 81 lid 1 RO.
HR 08-11-2022, ECLI:NL:HR:2022:1592
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
8 november 2022
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, Y. Buruma, J.C.A.M. Claassens
- Zaaknummer
21/01333
- Conclusie
A-G mr. D.J.M.W. Paridaens
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Opiumwet
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:1592, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 08‑11‑2022
ECLI:NL:PHR:2022:1027, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 20‑09‑2022
Essentie
Hennepteelt in door verdachte gehuurde flat (art. 3 onder B Opiumwet), aanwezig hebben van hennepplanten (art. 3 onder C Opiumwet) en (gekwalificeerde) diefstal (art. 310 en 311 lid 1 onder 5 Sr). 1. Bewijsklacht telen en aanwezig hebben van 249 hennepplanten. Kan uit de bewijsvoering verantwoordelijkheid van verdachte voor de hennepkwekerij worden afgeleid? 2. Bewijsklacht betrokkenheid verdachte bij diefstal van elektriciteit en een watermeter. HR: art. 81 lid 1 RO.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer 21/01333
Datum 8 november 2022
ARREST
op ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.