NJ 1957/269
Lijfsdwang bij executie van een veroordeling tot onderhoud.
HR 22-03-1957, ECLI:NL:HR:1957:172
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
22 maart 1957
- Magistraten
Mrs. Donner, Boltjes, Houwing, Hülsmann en Dubbink
- Zaaknummer
[22031957/NJ_1957-269]
- Conclusie
Mr. s'Jacob
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS136707:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1957:172, Uitspraak, Hoge Raad, 22‑03‑1957
- Wetingang
(Rv art. 598a-k.)
Essentie
Lijfsdwang bij executie van een veroordeling tot onderhoud.
Samenvatting
De President mag — nu geen wetsbepaling hem daartoe bevoegd verklaart — een verlof tot gijzeling ter executie van een veroordeling tot levensonderhoud niet weigeren op gronden, die met het betalingsvermogen en de betalingsbereidheid van den schuldenaar geen verband houden. (I.c. had de President het verlof geweigerd omdat het belang van de kinderen van onderhoudsplichtige zou worden geschaad, indien deze aan zijn gezin werd onttrokken). In anderen zin: de Adv.-Gen.
Adv.-Gen. s’Jacob: De President kan zijn beslissing over de vordering, bedoeld in art. 598 b Rv., mede doen steunen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.