Einde inhoudsopgave
RvdW 2023/197
Art. 81 lid 1 RO. Arbeidsrecht. Begroting van billijke vergoeding bij niet-rechtsgeldig ontslag op staande voet (art. 7:681 BW).
HR 03-02-2023, ECLI:NL:HR:2023:138
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
3 februari 2023
- Magistraten
Mrs. M.V. Polak, T.H. Tanja-van den Broek, G.C. Makkink
- Zaaknummer
22/00637
- Conclusie
A-G mr. G.R.B. van Peursem
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Einde arbeidsovereenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2023:138, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 03‑02‑2023
ECLI:NL:PHR:2022:948, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 14‑10‑2022
Essentie
Art. 81 lid 1 RO. Arbeidsrecht. Begroting van billijke vergoeding bij niet-rechtsgeldig ontslag op staande voet (art. 7:681 BW).
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
CIVIELE KAMER
Nummer 22/00637
Datum 3 februari 2023
BESCHIKKING
In de zaak van
[eiser],
wonende te [woonplaats],
VERZOEKER tot cassatie,
hierna: [eiser],
advocaat: M.J. van Basten Batenburg,
tegen
CAFÉ THE PINT B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
VERWEERSTER in cassatie,
hierna: The Pint,
advocaat: J.H.M. van Swaaij.
Conclusie
Conclusie A-G mr. G.R.B. van Peursem:
1. Inleiding en samenvatting
1.1
Deze arbeidszaak gaat over de billijke vergoeding van art. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.