Einde inhoudsopgave
Internationale Gezondheidsregeling (1969)
Artikel 88
Geldend
Geldend vanaf 01-01-1982
- Redactionele toelichting
Voorheen art. 101. Oorspronkelijk art. 88 vervallen.
- Bronpublicatie:
20-05-1981, Trb. 1981, 192 (uitgifte: 31-08-1981, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-1982
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-05-1981, Trb. 1981, 192 (uitgifte: 31-08-1981, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Gezondheidsrecht / Individuele gezondheidszorg
1.
Indien een Staat ten aanzien van deze Regeling een voorbehoud maakt, is zulk een voorbehoud slechts geldig indien het door de Wereldgezondheidsvergadering is aangenomen, en deze Regeling wordt met betrekking tot die Staat niet van kracht voordat het voorbehoud door de Vergadering is aangenomen, of, indien de Vergadering bezwaren heeft op grond van het feit dat het voorbehoud wezenlijk afbreuk doet aan het karakter en doel van deze Regeling, voordat het is ingetrokken.
2.
Een gedeeltelijke verwerping van deze Regeling wordt beschouwd als voorbehoud.
3.
De Wereldgezondheidsvergadering kan, als voorwaarde van aanvaarding van een voorbehoud, de Staat die zulk een voorbehoud maakt, verzoeken op zich te nemen alle met het onderwerp van zulk een voorbehoud samenhangende verplichtingen die die Staat vroeger heeft aanvaard uit hoofde van de in artikel 99 opgesomde Verdragen en Overeenkomsten, te blijven nakomen.
4.
Indien een Staat een voorbehoud maakt, dat, naar het oordeel van de Wereldgezondheidsvergadering, niet wezenlijk afbreuk doet aan een verplichting of verplichtingen, vroeger uit hoofde van de in artikel 99 opgesomde bestaande Verdragen of Overeenkomsten door die Staat aanvaard, kan de Vergadering zulk een voorbehoud aanvaarden zonder een verplichting als bedoeld in het derde lid van dit artikel als voorwaarde voor haar aanvaarding te eisen.
5.
Indien de Wereldgezondheidsvergadering bezwaren heeft tegen een voorbehoud en dit voorbehoud daarop niet wordt ingetrokken, wordt deze Regeling met betrekking tot de Staat die zulk een voorbehoud heeft gemaakt niet van kracht. Alle in artikel 99 opgesomde bestaande Verdragen en Overeenkomsten waarbij zulk een Staat reeds partij is blijven dientengevolge voor wat die Staat betreft van kracht.