NJB 2019/856:Afpersing art. 317 Sr: buiten het – zich i.c. niet voordoende – geval van art. 317 lid 2 Sr is voor afpersing vereist dat de dwang wordt uitgeoefend ‘door geweld of bedreiging met geweld’. Nu uit de bewijsvoering niet zonder meer kan worden afgeleid dat het opzet van de verdachte was gericht op het voorbereiden van het ‘door geweld of bedreiging met geweld’ iemand dwingen tot de in art. 317 lid 1 Sr bedoelde prestaties, is de bewezenverklaring niet naar de eis der wet met redenen omkleed. Beperking van het cassatieberoep: i.c. aanvaart de Hoge Raad de beperking niet nu de van het cassatieberoep uitgesloten onderdelen van het tenlastegelegde voorbereidingsdelict niet onderdelen van een samengestelde tenlastelegging betreffen waarin een zelfstandig strafrechtelijk verwijt is omschreven als bedoeld in HR 31 mei 2013, ECLI:NL:HR:2013CA1610

NJB 2019/856

Afpersing art. 317 Sr: buiten het – zich i.c. niet voordoende – geval van art. 317 lid 2 Sr is voor afpersing vereist dat de dwang wordt uitgeoefend ‘door geweld of bedreiging met geweld’. Nu uit de bewijsvoering niet zonder meer kan worden afgeleid dat het opzet van de verdachte was gericht op het voorbereiden van het ‘door geweld of bedreiging met geweld’ iemand dwingen tot de in art. 317 lid 1 Sr bedoelde prestaties, is de bewezenverklaring niet naar de eis der wet met redenen omkleed. Beperking van het cassatieberoep: i.c. aanvaart de Hoge Raad de beperking niet nu de van het cassatieberoep uitgesloten onderdelen van het tenlastegelegde voorbereidingsdelict niet onderdelen van een samengestelde tenlastelegging betreffen waarin een zelfstandig strafrechtelijk verwijt is omschreven als bedoeld in HR 31 mei 2013, ECLI:NL:HR:2013CA1610

Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.

Essentie

Afpersing art. 317 Sr: buiten het – zich i.c. niet voordoende – geval van art. 317 lid 2 Sr is voor afpersing vereist dat de dwang wordt uitgeoefend ‘door geweld of bedreiging met geweld’. Nu uit de bewijsvoering niet zonder meer kan worden afgeleid dat het opzet van de verdachte was gericht op het voorbereiden van het ‘door geweld of bedreiging met geweld’ iemand dwingen tot de in art. 317 lid 1 Sr bedoelde prestaties, is de bewezenverklaring niet naar de eis der wet met redenen omkleed. Beperking van het cassatieberoep: i.c. aanvaart de Hoge Raad de beperking niet nu de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.

Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.