Verordening (EU) 2019/712 inzake de bescherming van de mededinging in de luchtvaart en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 868/2004
Artikel 2 Definities
Geldend
Geldend vanaf 30-05-2019
- Bronpublicatie:
17-04-2019, PbEU 2019, L 123 (uitgifte: 10-05-2019, regelingnummer: 2019/712)
- Inwerkingtreding
30-05-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
17-04-2019, PbEU 2019, L 123 (uitgifte: 10-05-2019, regelingnummer: 2019/712)
- Vakgebied(en)
Mededingingsrecht / Algemeen
Bestuursrecht algemeen / Algemeen
Vervoersrecht / Luchtvervoer
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
- 1.
‘luchtvaartmaatschappij’: een luchtvaartmaatschappij zoals gedefinieerd in Verordening (EG) nr. 1008/2008 van het Europees Parlement en de Raad (1);
- 2.
‘luchtvervoersdienst’: een vlucht of een reeks vluchten voor het vervoer van passagiers, vracht of post tegen vergoeding of huurprijs;
- 3.
‘belanghebbende’: een natuurlijke persoon of rechtspersoon, of een officiële instantie, al dan niet met eigen rechtspersoonlijkheid, die vermoedelijk een aanzienlijk belang heeft bij het resultaat van de procedure, met inbegrip van maar niet beperkt tot luchtvaartmaatschappijen;
- 4.
‘betrokken lidstaat’: een lidstaat:
- a)
die de exploitatievergunning aan de betrokken luchtvaartmaatschappijen uit de Unie heeft verleend op grond van Verordening (EG) nr. 1008/2008, of
- b)
onder wiens overeenkomst inzake luchtvervoer, overeenkomst inzake luchtdiensten of elke andere met het betrokken land gesloten overeenkomst met bepalingen op het gebied van luchtvervoersdiensten, de betrokken luchtvaartmaatschappijen uit de Unie actief zijn;
- 5.
‘entiteit uit een derde land’: een natuurlijke persoon of rechtspersoon, al dan niet met winstoogmerk, of een officiële instantie met of zonder eigen rechtspersoonlijkheid, die onder de jurisdictie van een derde land valt, al dan niet gecontroleerd door een regering van een derde land, en die rechtstreeks of indirect betrokken is bij luchtvervoersdiensten of aanverwante diensten of bij de terbeschikkingstelling van infrastructuur of diensten die worden gebruikt voor luchtvervoersdiensten of aanverwante diensten;
- 6.
‘concurrentieverstorende praktijken’: discriminatie en subsidies;
- 7.
‘dreigende schade’: een dreiging waarvan de ontwikkeling tot schade duidelijk te voorspellen, zeer waarschijnlijk en imminent is, en buiten redelijke twijfel kan worden toegeschreven aan een actie of beslissing door een derde land of een entiteit van een derde land;
- 8.
‘discriminatie’: een onderscheid zonder objectieve rechtvaardiging ten aanzien van de levering van goederen of diensten, met inbegrip van openbare diensten, die worden gebruikt voor luchtvervoersdiensten, of ten aanzien van de behandeling daarvan door openbare instanties die verband houden met dergelijke diensten, met inbegrip van praktijken met betrekking tot luchtvaartnavigatie of luchthavenfaciliteiten en -diensten, brandstof, grondafhandeling, beveiliging, geautomatiseerde reserveringssystemen, slottoewijzing, heffingen en het gebruik van andere faciliteiten of diensten die worden gebruikt voor de exploitatie van luchtvervoersdiensten;
- 9.
‘subsidie’: een financiële bijdrage:
- a)
die wordt verleend door een overheid of andere publieke instantie van een derde land in een van de volgende vormen:
- i)
een praktijk van een overheid of andere publieke instantie die een rechtstreekse overdracht van fondsen of een mogelijke rechtstreekse overdracht van fondsen of schulden (zoals schenkingen, leningen, kapitaalinbreng, leninggaranties, compensatie van exploitatieverliezen of compensatie van door overheden opgelegde financiële lasten) inhoudt;
- ii)
anderszins verschuldigde inkomsten van een overheid of andere publieke instantie die worden kwijtgescholden of niet geïnd (zoals een fiscale voorkeursbehandeling of fiscale stimulansen zoals belastingkredieten;
- iii)
een overheid of andere publieke instantie, met inbegrip van ondernemingen die onder zeggenschap van de overheid staan, die goederen of diensten verstrekt, of goederen of diensten koopt;
- iv)
een overheid of een andere publieke instantie die betalingen aan een financieringsmechanisme doet of een particulier lichaam opdraagt een of meer van de onder punten i), ii) en iii), genoemde soorten functies uit te voeren, die zij normaal zelf zou vervullen en die in werkelijkheid niet afwijken van de manier waarop overheden doorgaans te werk gaan;
- b)
die een voordeel verleent, en
- c)
die, in feite of in rechte, beperkt is tot een entiteit of bedrijfstak of groep van entiteiten of bedrijfstakken binnen de rechtsbevoegdheid van de subsidiërende autoriteit;
- 10.
‘luchtvaartmaatschappij uit de Unie’: een luchtvaartmaatschappij met een geldige exploitatievergunning die door een lidstaat is afgegeven overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1008/2008;
- 11.
‘betrokken luchtvaartmaatschappij uit de Unie’: de luchtvaartmaatschappij die naar verluidt schade lijdt of waarvoor naar verluidt schade dreigt, op grond van artikel 4, lid 1, onder b).
Voetnoten
Verordening (EG) nr. 1008/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 24 september 2008 inzake gemeenschappelijke regels voor de exploitatie van luchtdiensten in de Gemeenschap (PB L 293 van 31.10.2008, blz. 3).