Regeling inzake de beëdiging en legitimatie van opsporingsambtenaren BES
Artikel 5
Geldend
Geldend vanaf 10-10-2010
- Redactionele toelichting
Tekstplaatsing van de Ministeriële beschikking van de 8ste december 1965 ter uitvoering van artikel 2 leden 2 en 3 van de Landsverordening van de 25ste september 1961 nopens de beëdiging en legitimatie van opsporingsambtenaren (P.B. 1965, no. 185), zoals gewijzigd bij de Aanpassingsregeling BES Ministerie van Justitie (15-09-2010, Stcrt. 14527). Tijdstip iwtr.: 00.00 uur in Bonaire, Sint Eustatius en Saba. 06.00 uur in het Europese deel van Nederland.
- Bronpublicatie:
15-09-2010, Stcrt. 2010, 14535 (uitgifte: 01-10-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
10-10-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-09-2010, Stb. 2010, 389 (uitgifte: 07-10-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Voorfase
Politierecht / Bijzondere onderwerpen
1.
Zodra de houder van een legitimatiebewijs ophoudt de hoedanigheid van opsporingsambtenaar te bezitten, is hij gehouden het legitimatiebewijs onverwijld bij de korpsbeheerder van het politiekorps Bonaire, Sint Eustatius en Saba in te leveren.
2.
Bij vermissing, ontvreemding en geheel of gedeeltelijk tenietgaan van het legitimatiebewijs dient daarvan door de houder terstond te worden kennisgegeven aan de gezaghebber zijner woonplaats. De gezaghebbers zijn gehouden zodanige kennisgevingen ten spoedigste door te geven aan de korpsbeheerder.
3.
De in de voorgaande leden bedoelde inlevering of kennisgeving geschiedt zoveel mogelijk door tussenkomst van het hoofd van de dienst of werkgever van de betrokken opsporingsambtenaar.