NJ 2014/316
Kinderporno cfm art. 240b Sr.
HR 10-06-2014, ECLI:NL:HR:2014:1359, m.nt. Redactionele aantekening
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
10 juni 2014
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, B.C. de Savornin Lohman, Y. Buruma
- Zaaknummer
12/04924
- Conclusie
A-G mr. P.C. Vegter
- Noot
Red. Aant.
- JCDI
JCDI:ADS161879:1
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:1359, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 10‑06‑2014
ECLI:NL:PHR:2014:508, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 08‑04‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 27‑08‑2013
- Wetingang
Art. 240b Wetboek van Strafrecht
Essentie
Verdachte plaatste buiten medeweten van de minderjarige zijn mobiele telefoon zodanig in de badkamer dat de focus van de camera (nagenoeg) op de hoogte van de geslachtsdelen van de minderjarige jongen stond afgesteld en heeft vervolgens de jongen opgedragen zich te gaan douchen, waarbij filmopnames zijn gemaakt van de ontblote geslachtsdelen, die verdachte op zijn computer heeft overgebracht en bekeken. Daaruit heeft het hof kunnen afleiden dat de in de tenlastelegging genoemde afbeeldingen van de geslachtsdelen van de minderjarige, onmiskenbaar strekten tot het opwekken van seksuele prikkeling. Voor de toepassing van art. 240b Sr is niet noodzakelijk dat vaststaat ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.