JWB 2011/304
Civiel executierecht
HR 10-06-2011, ECLI:NL:HR:2011:BP6163 (ING/Kreuger)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
10 juni 2011
- Zaaknummer
09/02453
- LJN
BP6163
- Roepnaam
ING/Kreuger
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht / Algemeen
Goederenrecht / Zekerheidsrechten
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2011:BP6163, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 10‑06‑2011
ECLI:NL:PHR:2011:BP6163, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 25‑02‑2011
Beroepschrift, Hoge Raad, 23‑12‑2008
- Wetingang
Art. 3:268 lid 2 BW; art. 6:23 lid 2 BW
Essentie
Civiel executierecht
Samenvatting
Casus
Het gaat in deze zaak om een onderhandse executoriale verkoop door een hypotheekhouder op de voet van art. 3:268 lid 2 BW. De totstandkoming van een minnelijke regeling met de hypotheekgever heeft ertoe geleid dat de voorzieningenrechter de hypotheekhouder niet ontvankelijk heeft verklaard in zijn verzoek om goedkeuring van de koopovereenkomst. Als gevolg daarvan is een in die koopovereenkomst opgenomen ontbindende voorwaarde in vervulling gegaan.
In cassatie wordt het hof verweten enerzijds op ontoereikende gronden te hebben geoordeeld dat de ontbindende voorwaarde voor niet vervuld moet worden gehouden (art. 6:23 lid 2 BW) en ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.