Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2024/1351 betreffende asiel- en migratiebeheer, tot wijziging van de Verordeningen (EU) 2021/1147 en (EU) 2021/1060 en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 604/2013
Artikel 26 Gezinsleden die wettig in een lidstaat verblijven
Geldend
Geldend vanaf 11-06-2024
- Bronpublicatie:
14-05-2024, PbEU L 2024, 2024/1351 (uitgifte: 22-05-2024, regelingnummer: 2024/1351)
- Inwerkingtreding
11-06-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-05-2024, PbEU L 2024, 2024/1351 (uitgifte: 22-05-2024, regelingnummer: 2024/1351)
- Vakgebied(en)
Vreemdelingenrecht / Algemeen
1.
Wanneer een gezinslid van de verzoeker is toegelaten te verblijven in een lidstaat als persoon die internationale bescherming geniet, of in een lidstaat verblijft op basis van een verblijfsvergunning voor langdurig ingezetenen overeenkomstig Richtlijn 2003/109/EG van de Raad (1) of een verblijfsvergunning voor langdurig ingezetenen die is verleend overeenkomstig het nationale recht indien die richtlijn niet van toepassing is in de betrokken lidstaat, is die lidstaat verantwoordelijk voor de behandeling van het verzoek om internationale bescherming, mits de betrokken personen schriftelijk hebben verklaard dat zij dat wensen.
2.
Wanneer het gezinslid in het verleden was toegelaten voor verblijf als persoon die internationale bescherming geniet, maar later burger van een lidstaat is geworden, is die lidstaat verantwoordelijk voor de behandeling van het verzoek, mits de betrokken personen schriftelijk hebben verklaard dat zij dat wensen.
3.
De leden 1 en 2 zijn ook van toepassing op kinderen die geboren zijn nadat het gezinslid op het grondgebied van de lidstaten is aangekomen.
Voetnoten
Richtlijn 2003/109/EG van de Raad van 25 november 2003 betreffende de status van langdurig ingezeten onderdanen van derde landen (PB L 16 van 23.1.2004, blz. 44).