Einde inhoudsopgave
Wet primair onderwijs BES
Artikel 92 Verhuur en medegebruik gebouw of terrein
Geldend
Geldend vanaf 17-02-2011
- Bronpublicatie:
03-02-2011, Stb. 2010, 350 jo Stb. 2011, 33 (uitgifte: 16-02-2011, kamerstukken: 32419)
17-05-2010, Stb. 2010, 350 jo Stb. 2011, 33 (uitgifte: 01-01-2010, kamerstukken: 31959)
- Inwerkingtreding
17-02-2011
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
03-02-2011, Stb. 2010, 350 jo Stb. 2011, 34 (uitgifte: 07-03-2011, kamerstukken/regelingnummer: -)
17-05-2010, Stb. 2010, 350 jo Stb. 2011, 34 (uitgifte: 01-01-2010, kamerstukken: 31959)
- Vakgebied(en)
Onderwijsrecht / Primair onderwijs
1.
Voor zover artikel 91 geen toepassing vindt, kan het bevoegd gezag een gedeelte van een gebouw of terrein in gebruik geven ten behoeve van uit de openbare kas bekostigd onderwijs dan wel voor andere culturele, maatschappelijke of recreatieve doeleinden. Voor zover niet nodig voor uit de openbare kas bekostigd onderwijs, kan het bevoegd gezag een gedeelte van het gebouw of terrein verhuren aan een derde, voor zover het gehuurde niet bestemd zal zijn als woon- of bedrijfsruimte in de zin van de vijfde en zesde afdeling van titel 4 van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek. Indien het een niet door het openbaar lichaam in stand gehouden school betreft, is voor verhuur toestemming van het bestuurscollege vereist.
2.
De ingebruikgeving of verhuur ingevolge het eerste lid eindigt:
- a.
indien het bestuurscollege gebruik maakt van zijn bevoegdheid op grond van artikel 91 zonder dat enige schadeplicht ontstaat, of
- b.
indien het in gebruik gegeven dan wel verhuurde deel nodig is voor gebruik door de eigen school.
3.
Ingebruikgeving of verhuur ingevolge het eerste lid geschiedt niet indien het voorgenomen gebruik zich niet verdraagt met het onderwijs aan de in het gebouw gevestigde school.
4.
Op de ingebruikgeving en verhuur ingevolge het eerste lid is artikel 230a van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek niet van toepassing.
5.
Het zonder toestemming van het bestuurscollege verhuren van een gebouw of terrein door het bevoegd gezag van een niet door het openbaar lichaam in stand gehouden school alsmede elk met dit artikel strijdig beding opgenomen in een huurovereenkomst met betrekking tot schoolgebouwen, is nietig.