Einde inhoudsopgave
Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden
Titel II Europees Hof voor de Rechten van de Mens
Geldend
Geldend vanaf 01-06-2010
- Bronpublicatie:
13-05-2004, Trb. 2004, 285 (uitgifte: 30-11-2004, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-06-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
01-04-2010, Trb. 2010, 112 (uitgifte: 01-04-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Internationaal publiekrecht / Rechtshandhaving
Art. 19. Instelling van het Hof
Art. 20. Aantal rechters
Art. 21. Voorwaarden voor uitoefening van de functie
Artikel 22
Artikel 23
Artikel 24
Artikel 25
Artikel 26
Artikel 27
Artikel 28
Artikel 29
Art. 30. Afstand van rechtsmacht ten gunste van de Grote Kamer
Artikel 31
Artikel 32
Art. 33. Interstatelijke zaken
Art. 34. Individuele verzoekschriften
Artikel 35
Artikel 36
Art. 37. Schrapping van de rol
Artikel 38
Artikel 39
Art. 40. Openbare zittingen en toegang tot de stukken
Art. 41. Billijke genoegdoening
Art. 42. Uitspraken van Kamers
Art. 43. Verwijzing naar de Grote Kamer
Art. 44. Einduitspraken
Art. 45. Redenen die aan uitspraken en beslissingen ten grondslag liggen
Artikel 46
Art. 47. Adviezen
Art. 48. Bevoegdheid van het Hof met betrekking tot adviezen
Art. 49. Redenen die aan adviezen ten grondslag liggen
Art. 50. Kosten van het Hof
Art. 51. Voorrechten en immuniteiten van de rechters