BNB 2024/80
Bewijs ontvangst nota griffierecht.
HR 24-05-2024, ECLI:NL:HR:2024:750, m.nt. A.O. Lubbers
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
24 mei 2024
- Magistraten
Mrs. Feteris, Wortel, Van der Voort Maarschalk*
- Zaaknummer
23/02561
23/02244
- Conclusie
A-G Wattel
- Noot
A.O. Lubbers
- JCDI
JCDI:ADS970712:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal procesrecht / Procesorde
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2024:749, Uitspraak, Hoge Raad, 24‑05‑2024
ECLI:NL:HR:2024:750, Uitspraak, Hoge Raad, 24‑05‑2024
ECLI:NL:PHR:2024:297, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 15‑03‑2024
ECLI:NL:PHR:2024:355, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 15‑03‑2024
ECLI:NL:PHR:2024:293, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 15‑03‑2024
- Wetingang
Art. 8:41 Awb
Essentie
Bewijs ontvangst nota griffierecht.
Samenvatting
De Ontvanger heeft belanghebbende medegedeeld dat een aan haar uit te betalen bedrag is verrekend met een openstaande aanslag, kosten en invorderingsrente. Het hoger beroep van belanghebbende is niet-ontvankelijk verklaard wegens niet (tijdig) betalen van griffierecht. In cassatie betoogt belanghebbende dat het Hof ten onrechte alleen is afgegaan op de gegevens van PostNL (track & trace). De A-G gaat in op de gebrekkige betrouwbaarheid van de gegevens uit het track & trace-systeem, maar concludeert tot ongegrondverklaring van het cassatieberoep.
De Hoge Raad verklaart het cassatieberoep ongegrond met toepassing van art. 81 lid ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.