Onder voorwaarden is het ook mogelijk, zonder dat de ondernemer een volledige zekerheid stelt voor de openstaande schuld, om uitstel te verkrijgen voor een langere periode dan vier maanden. Om voor dit uitstel in aanmerking te komen is wel een verklaring van een derde vereist. Hieruit moet onder andere blijken dat de betalingsproblemen van tijdelijke aard zijn, dat de betalingsproblemen voor een bepaalde tijd zijn opgelost en dat de onderneming levensvatbaar is. De uitstelregeling voor ondernemers, zoals geïntroduceerd bij de invoering van art. 22bis voor een langere periode dan vier maanden is opgenomen in de Leidraad Invordering 2008, art. 25.6.2A-25.6.2C. Zie het onderdeel Beleid en het onderdeel Parlementaire behandeling.
Parlementaire behandeling
“In de Leidraad Invordering 2008 wordt een tweetal maatregelen opgenomen waarmee het nieuwe uitstelbeleid voor ondernemers wordt geconcretiseerd;
1….
1.
Betalingsregelingen met een langere looptijd overeenkomstig de tijdelijke versoepeling van het uitstelbeleid ten aanzien van ondernemers met betalingsproblemen als gevolg van de economische crisis met dien verstande dat geen relatie meer met de economische crisis hoeft te worden aangetoond. Dit komt neer op een structurele en verruimde toepassing van het crisisuitstel.”
In bijzondere omstandigheden kan de ontvanger desgevraagd uitstel voor een langere periode verlenen of zonder dat voor het volledige bedrag zekerheid is gesteld. Daartoe moet de ondernemer aan de hand van een door een derde deskundige opgestelde verklaring (zie artikel 25.6.2B) het voor de ontvanger aannemelijk maken dat:
a.
het gaat om werkelijk bestaande betalingsproblemen;
b.
die betalingsproblemen van tijdelijke aard zijn;
c.
die betalingsproblemen vóór een bepaald tijdstip zullen worden opgelost; en
d.
dat er sprake is van een levensvatbare onderneming.
De ontvanger kan bij het verlenen van dit uitstel nadere voorwaarden stellen. Om bij onvoorziene tegenslagen de mogelijke verliezen voor de Staat te beperken, wordt zoveel als mogelijk is door de ontvanger zekerheid verlangt. De zekerheid kan ook omvatten een (bodem)beslag.”
De verklaring van de derde deskundige bevat een beoordeling van de aard van de betalingsproblemen, gaat in op de aannemelijkheid van de bedrijfseconomische gezondheid van de onderneming, de haalbaarheid van het in de toekomst inlopen van de betalingsachterstand en geeft blijk van de waarneming van de aan dat oordeel ten grondslag liggende feiten en omstandigheden door de deskundige. Aan de derde deskundige worden geen formele eisen gesteld. Het kan bijvoorbeeld gaan om een externe consultant, een externe financier, een brancheorganisatie of de (huis)accountant. De ontvanger kan aan de verklaring van de derde deskundige ook eisen stellen.”
Art. 25.6.2B Uitstel van betaling. Verklaring derde deskundige, Leidraad Invordering 2008.
De ontvanger verleent in ieder geval geen uitstel van betaling als voor de belastingschuld waarvoor uitstel is gevraagd al uitstel op grond van artikel 25.6.2D is verleend, ongeacht of dit uitstel nog loopt of reeds is beëindigd.”
Artikel 25.6.2C Uitstel van betaling. Geen uitstel voor ondernemers in verband met betalingsproblemen als al kort uitstel is verleend, Leidraad Invordering 2008.
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Vakstudie Invorderingswet, art. 22bis Invorderingswet 1990, aant. 2.6.2
Aant. 2.6.2 Uitstel van betaling ondernemers voor langer dan 4 maanden
Actueel t/m 15-11-2024
15-11-2024, het commentaar is bijgewerkt t/m BNB 2024/123, VN 2024/50.46
01-01-2013 tot: -
Vakstudie Invorderingswet, art. 22bis Invorderingswet 1990, aant. 2.6.2
Invordering / Dwanginvordering
Invordering / Verhaalsrecht
Invordering (V)
beslag
Invorderingswet 1990 artikel 22bis
Beschouwing
Onder voorwaarden is het ook mogelijk, zonder dat de ondernemer een volledige zekerheid stelt voor de openstaande schuld, om uitstel te verkrijgen voor een langere periode dan vier maanden. Om voor dit uitstel in aanmerking te komen is wel een verklaring van een derde vereist. Hieruit moet onder andere blijken dat de betalingsproblemen van tijdelijke aard zijn, dat de betalingsproblemen voor een bepaalde tijd zijn opgelost en dat de onderneming levensvatbaar is. De uitstelregeling voor ondernemers, zoals geïntroduceerd bij de invoering van art. 22bis voor een langere periode dan vier maanden is opgenomen in de Leidraad Invordering 2008, art. 25.6.2A-25.6.2C. Zie het onderdeel Beleid en het onderdeel Parlementaire behandeling.
“In de Leidraad Invordering 2008 wordt een tweetal maatregelen opgenomen waarmee het nieuwe uitstelbeleid voor ondernemers wordt geconcretiseerd;
1….
Betalingsregelingen met een langere looptijd overeenkomstig de tijdelijke versoepeling van het uitstelbeleid ten aanzien van ondernemers met betalingsproblemen als gevolg van de economische crisis met dien verstande dat geen relatie meer met de economische crisis hoeft te worden aangetoond. Dit komt neer op een structurele en verruimde toepassing van het crisisuitstel.”
MvT, Kamerstukken II 2012/13, 33 402, nr. 3, p. 20.
Beleid. Geldend beleid. Leidraad Invordering 2008
In bijzondere omstandigheden kan de ontvanger desgevraagd uitstel voor een langere periode verlenen of zonder dat voor het volledige bedrag zekerheid is gesteld. Daartoe moet de ondernemer aan de hand van een door een derde deskundige opgestelde verklaring (zie artikel 25.6.2B) het voor de ontvanger aannemelijk maken dat:
het gaat om werkelijk bestaande betalingsproblemen;
die betalingsproblemen van tijdelijke aard zijn;
die betalingsproblemen vóór een bepaald tijdstip zullen worden opgelost; en
dat er sprake is van een levensvatbare onderneming.
De ontvanger kan bij het verlenen van dit uitstel nadere voorwaarden stellen. Om bij onvoorziene tegenslagen de mogelijke verliezen voor de Staat te beperken, wordt zoveel als mogelijk is door de ontvanger zekerheid verlangt. De zekerheid kan ook omvatten een (bodem)beslag.”
Art. 25.6.2,Uitstel van betaling. Bijzondere omstandigheden betalingsregeling ondernemers, Leidraad Invordering 2008.
De verklaring van de derde deskundige bevat een beoordeling van de aard van de betalingsproblemen, gaat in op de aannemelijkheid van de bedrijfseconomische gezondheid van de onderneming, de haalbaarheid van het in de toekomst inlopen van de betalingsachterstand en geeft blijk van de waarneming van de aan dat oordeel ten grondslag liggende feiten en omstandigheden door de deskundige. Aan de derde deskundige worden geen formele eisen gesteld. Het kan bijvoorbeeld gaan om een externe consultant, een externe financier, een brancheorganisatie of de (huis)accountant. De ontvanger kan aan de verklaring van de derde deskundige ook eisen stellen.”
Art. 25.6.2B Uitstel van betaling. Verklaring derde deskundige, Leidraad Invordering 2008.
De ontvanger verleent in ieder geval geen uitstel van betaling als voor de belastingschuld waarvoor uitstel is gevraagd al uitstel op grond van artikel 25.6.2D is verleend, ongeacht of dit uitstel nog loopt of reeds is beëindigd.”
Artikel 25.6.2C Uitstel van betaling. Geen uitstel voor ondernemers in verband met betalingsproblemen als al kort uitstel is verleend, Leidraad Invordering 2008.