BNB 2020/113
Zaak Eurobolt. Onderzoek nationale rechter naar geldigheid handeling van EU-instelling. Uitbreiding antidumpingrecht ongeldig
HvJ EU 03-07-2019, ECLI:EU:C:2019:555, m.nt. G.J. van Slooten (Eurobolt)
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Unie
- Datum
3 juli 2019
- Magistraten
Vilaras, Jürimäe, Šváby, Rodin, Piçarra
- Zaaknummer
C-644/17
- Conclusie
A-G Hogan
- Noot
G.J. van Slooten
- Roepnaam
Eurobolt
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS213561:1
- Vakgebied(en)
EU-recht / Rechtsbescherming
Douane (V)
Bestuursprocesrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:2019:555, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Unie, 03‑07‑2019
ECLI:EU:C:2019:164, Conclusie, Hof van Justitie van de Europese Unie, 28‑02‑2019
- Wetingang
Art. 267 VWEU; art. 15 lid 2 Verordening (EG) 1225/2009; Uitvoeringsverordening (EU) 723/2011
Essentie
Zaak Eurobolt. Onderzoek nationale rechter naar geldigheid handeling van EU-instelling. Uitbreiding antidumpingrecht ongeldig
Samenvatting
Voortzetting zaak HR, BNB 2018/163*.
Sinds 2009 geldt een definitief antidumpingrecht voor bepaalde bevestigingsmiddelen van oorsprong uit China. Na een onderzoek van de Europese Commissie naar ontwijking van dit antidumpingrecht, is het medio 2011 uitgebreid tot uit Maleisië verzonden producten. Na inwerkingtreding van deze uitbreiding is Eurobolt, handelaar in bevestigingsmiddelen, uitgenodigd tot betaling van antidumpingrechten. In beroep tegen dit besluit voert Eurobolt ongeldigheid aan van de uitbreiding van het antidumpingrecht, omdat het raadgevend comité niet uiterlijk de voorgeschreven tien werkdagen – maar slechts twee – voorafgaand aan ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.