Einde inhoudsopgave
Algemene landsverordening Landsbelastingen [Curaçao]
Artikel 6 [Uitreiking aangiftebiljet, modellen aangiftebiljetten]
Geldend
Geldend vanaf 16-05-2024
- Bronpublicatie:
14-05-2024, Publicatieblad van Curaçao 2024, 40 (uitgifte: 15-05-2024, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
16-05-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-05-2024, Publicatieblad van Curaçao 2024, 40 (uitgifte: 15-05-2024, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Belastingen overzeese Koninkrijksdelen / Curaçao
1.
De Inspecteur kan eenieder die naar zijn mening vermoedelijk belastingplichtig of inhoudingsplichtig is uitnodigen tot het doen van aangifte.
2.
Eenieder die daartoe een verzoek doet, wordt in ieder geval uitgenodigd tot het doen van aangifte.
3.
In de uitnodiging tot het doen van aangifte wordt de wijze aangegeven waarop aangifte wordt gedaan, wordt opgave verlangd van gegevens en kan overlegging of toezending worden gevraagd van gegevensdragers, waarvan de kennisneming voor de heffing van de belasting van belang kan zijn.
4.
Eenieder die is uitgenodigd tot het doen van aangifte, is gehouden de aangifte te doen door in de aangifte gevraagde gegevens duidelijk, stellig en zonder voorbehoud in te vullen, te ondertekenen en in te dienen.
5.
Bij ministeriële regeling met algemene werking wordt het model van de aangiftebiljetten vastgesteld.
6.
Bij ministeriële regeling met algemene werking wordt bepaald voor welke belastingen en onder welke voorwaarden het doen van aangifte en het toezenden van gegevensdragers langs elektronische weg zal geschieden.
7.
Bij het indienen van een aangifte langs elektronische weg wordt door de Inspecteur terstond een ontvangstbewijs afgegeven.
8.
De Inspecteur draagt er zorg voor dat een elektronische aangifte voldoet aan de maximale betrouwbaarheids- en vertrouwelijkheidseisen, waaronder in ieder geval wordt verstaan dat de langs elektronische weg verstuurde gegevens worden gecodeerd middels encryptie.
9.
Bij ministeriële regeling, met algemene werking kunnen ter uitvoering van dit artikel nadere regels worden gesteld.