NJB 2015/649:Geen uitdrukkelijk onderbouwd standpunt in de zin van art. 359 lid 2 tweede volzin Sv omtrent strafoplegging ondanks uitgebreide uiteenzetting raadsvrouwe: kennelijk en niet onbegrijpelijk heeft het hof het aangevoerde enkel opgevat als een algemeen verzoek tot matigen van de straf op basis van persoonlijke omstandigheden; het hof behoefde de waardering van de bij de strafoplegging in aanmerking genomen factoren, waaronder de persoonlijke omstandigheden, niet (nader) te motiveren