Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2022/2560 betreffende buitenlandse subsidies die de interne markt verstoren
Artikel 24 Opschorting van concentraties en termijnen
Geldend
Geldend vanaf 12-01-2023
- Bronpublicatie:
14-12-2022, PbEU 2022, L 330 (uitgifte: 23-12-2022, regelingnummer: 2022/2560)
- Inwerkingtreding
12-01-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-12-2022, PbEU 2022, L 330 (uitgifte: 23-12-2022, regelingnummer: 2022/2560)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Marktintegratie
Staatssteun (V)
1.
Een aan te melden concentratie wordt niet tot stand gebracht zolang deze niet is aangemeld.
Bovendien geldt het volgende:
- a)
indien de Commissie een volledige aanmelding heeft ontvangen, wordt de concentratie niet tot stand gebracht voor een periode van 25 werkdagen na ontvangst van die aanmelding.
- b)
indien de Commissie uiterlijk 25 werkdagen na ontvangst van de volledige aanmelding een diepgaand onderzoek inleidt, wordt de concentratie niet tot stand gebracht voor een periode van 90 werkdagen na de inleiding van het diepgaande onderzoek. Die periode wordt met 15 werkdagen verlengd indien de betrokken ondernemingen op grond van artikel 7 verbintenissen aanbieden om de verstoring in de interne markt te verhelpen;
- c)
indien de Commissie een besluit heeft vastgesteld krachtens artikel 25, lid 3, punt a) of b), mag de concentratie vervolgens tot stand worden gebracht.
De in de punten a) en b) bedoelde termijn vangt aan op de eerste werkdag na de ontvangst van de volledige aanmelding of de vaststelling van het desbetreffende besluit van de Commissie.
2.
Lid 1 staat niet in de weg aan de tenuitvoerlegging van een openbaar overnamebod of van een reeks transacties met effecten, met inbegrip van effecten converteerbaar in andere effecten, die ter verhandeling worden toegelaten tot een markt, zoals een effectenbeurs, waardoor zeggenschap wordt verkregen van meerdere verkopers, mits:
- a)
de concentratie overeenkomstig artikel 21 onverwijld bij de Commissie wordt aangemeld, en
- b)
de verkrijger de aan de betrokken effecten verbonden stemrechten niet uitoefent dan wel slechts uitoefent om de volle waarde van zijn belegging te handhaven op basis van een door de Commissie overeenkomstig lid 3 van dit artikel verleende ontheffing.
3.
De Commissie kan op verzoek ontheffing verlenen van de in lid 1 of 2 vastgestelde verplichtingen. Een verzoek om een ontheffing dient te zijn gemotiveerd. Bij haar beslissing over het verzoek houdt de Commissie met name rekening met de gevolgen van de opschorting voor één of meer bij de concentratie betrokken ondernemingen of voor derden, alsmede met het risico op een verstoring in de interne markt dat de concentratie kan inhouden. Aan een dergelijke ontheffing kunnen voorwaarden en verplichtingen worden verbonden om te waarborgen dat er geen verstoring in de interne markt is. Een ontheffing kan te allen tijde, ofwel vóór de aanmelding ofwel na de transactie, worden aangevraagd en verleend.
4.
De in lid 1, punt b), van dit artikel gestelde termijnen worden verlengd indien de betrokken ondernemingen uiterlijk binnen 15 werkdagen na de inleiding van het diepgaande onderzoek krachtens artikel 10 een verzoek daartoe indienen. De betrokken ondernemingen kunnen slechts één dergelijk verzoek indienen.
De in lid 1, punt b), van dit artikel gestelde termijnen kunnen op elk ogenblik na de inleiding van het diepgaande onderzoek door de Commissie worden verlengd met instemming van de betrokken ondernemingen.
De totale duur van de verlenging of verlengingen die krachtens dit lid worden toegestaan, bedraagt niet meer dan 20 werkdagen.
5.
De Commissie kan, bij wijze van uitzondering, de in lid 1 gestelde termijnen schorsen indien de ondernemingen niet de volledige informatie hebben verstrekt die zij op grond van artikel 13 heeft opgevraagd, of geweigerd hebben zich aan een bij een besluit krachtens artikel 14 gelaste inspectie te onderwerpen.
6.
De Commissie kan krachtens artikel 25, lid 3, een besluit vaststellen zonder dat zij gebonden is aan de in de leden 1 en 4 van dit artikel genoemde termijnen, indien:
7.
Transacties die in strijd met lid 1 tot stand worden gebracht, worden alleen als geldig beschouwd nadat een besluit krachtens artikel 25, lid 3, is vastgesteld.
8.
Dit artikel tast niet de geldigheid aan van transacties met effecten, met inbegrip van effecten converteerbaar in andere effecten, die ter verhandeling worden toegelaten tot een markt, zoals een effectenbeurs, tenzij de kopers en de verkopers wisten of dienden te weten dat de transactie in strijd met lid 1 tot stand is gebracht.