Einde inhoudsopgave
Regeling Pensioenwet BES
Bijlage 2
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2012
- Bronpublicatie:
25-06-2012, Stcrt. 2012, 13241 (uitgifte: 29-06-2012, regelingnummer: AV/PB/2012/9906)
- Inwerkingtreding
01-07-2012
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-06-2012, Stcrt. 2012, 13241 (uitgifte: 29-06-2012, regelingnummer: AV/PB/2012/9906)
- Vakgebied(en)
Pensioenen / Toezicht
behorend bij paragraaf 2
Bijlage 2.A.1. Strafrechtelijke antecedenten als bedoeld in artikel 2, onderdeel c, en artikel 5, tweede lid
Onder strafrechtelijke antecedenten worden in ieder geval verstaan:
- 1.
Veroordelingen bij overtreding van strafbepalingen binnen en buiten de openbare lichamen
De betrokkene is bij rechterlijke uitspraak veroordeeld ter zake van poging tot, voorbereiding van, doen plegen van, uitlokken van medeplegen van en/of medeplichtigheid aan een of meer van de hieronder opgesomde strafbare feiten uit:
- –
- –
- –
Wetboek van Strafrecht BES (tweede Boek);
- –
Wetboek van Strafrecht BES (derde Boek);
- –
- –
- –
- –
- –
- –
Wet van 20 april 1932, betreffende botsing, aan- of overrijding met motorrijtuigen en ontzegging van de rijbevoegdheid BES;
- –
- –
Onder veroordelingen wordt ook verstaan veroordelingen in het buitenland wegens overtreding van een of meer daar geldende strafbepalingen vergelijkbaar met de hiervoor genoemde.
- 2.
Transacties met de Officier van Justitie bij overtreding van strafbepalingen binnen en buiten de openbare lichamen.
De betrokkene heeft een vrijwillige betaling als bedoeld in artikel 76 van het Wetboek van Strafrecht BES gedaan ter zake van een of meer van de hiervoor onder 1 genoemde strafbare feiten.
Onder transacties wordt ook verstaan in het buitenland met de terzake bevoegde autoriteiten ter zake van overtreding van een of meer daar geldende strafbepalingen vergelijkbaar met de hiervoor genoemde.
- 3.
Voorwaardelijk of onvoorwaardelijk sepot, vrijspraak of ontslag van rechtsvervolging binnen en buiten in de openbare lichamen.
De betrokkene wordt terzake van een of meer van de hiervoor onder 1 genoemde strafbare feiten niet of niet verder vervolgd, dan wel vrijgesproken of ontslagen van rechtsvervolging.
Onder voorwaardelijke of onvoorwaardelijk sepot, niet verdere vervolging, vrijspraak of ontslag van rechtsvervolging wordt ook verstaan soortgelijke uitspraken en maatregelen buiten de openbare lichamen ter zake van overtreding van een of meer daar geldende strafbepalingen vergelijkbaar met de hiervoor genoemde.
- 4.
Andere feiten of omstandigheden:
- —
officiële processen-verbaal of rapporten ter zake van onder 1 genoemde strafbare feiten;
- —
soortgelijke officiële documenten met gelijke bewijskracht buiten de openbare lichamen; of
- —
andere feiten of omstandigheden.
Bijlage 2.A.2. Strafrechtelijke antecedenten als bedoeld in artikel 2, onderdeel c, en artikel 5, eerste en tweede lid
Veroordelingen binnen of buiten de openbare lichamen
De betrokkene is bij onherroepelijke rechterlijke uitspraak veroordeeld voor (poging tot, voorbereiding van, doen plegen van, uitlokken van en/of medeplichtigheid aan) een of meer van de hieronder opgesomde strafbare feiten:
- –
ernstige diefstal, verduistering, valsheid in geschrifte, meineed, benadeling van schuldeisers of rechthebbenden, witwassen (Wetboek van Strafrecht BES);
- –
overtreding Pensioenwet BES;
- –
overtreding Wet financiële markten BES;
- –
Bijlage 2.B. Financiële antecedenten als bedoeld in artikel 2, onderdeel c
Onder financiële antecedenten, van belang voor de beoordeling van de daaraan ten grondslag liggende gedraging of gedragingen, worden voor de betrokkene in ieder geval verstaan:
- 1.
Persoonlijk:
- —
betrokkene heeft belangrijke persoonlijke financiële problemen gehad en deze hebben tot juridische, invordering- of incassoprocedures geleid;
- —
ten aanzien van betrokkene is surseance van betaling, faillissement of schuldsanering of schuldeisersakkoord; aangevraagd of uitgesproken;
- —
betrokkene is thans in de openbare lichamen of elders verwikkeld in één of meer juridische procedures naar aanleiding van persoonlijke financiële problemen, dan wel verwacht daarin betrokken te raken; of
- —
de persoonlijke financiële verplichtingen van betrokkene staan naar algemene maatstaven niet in een gezonde verhouding tot diens inkomsten of vermogen.
- 2.
Zakelijk
- —
de huidige of één van de voormalige werkgevers van betrokkene of enige vennootschap of rechtspersoon waarbij betrokkene een functie bekleedt of bekleedde als beleidsbepalende of medebeleidsbepalende persoon, feitelijke zeggenschap in het bestuur uitoefent of uitoefende of anderszins medeverantwoordelijk of medeverantwoordelijk is of was voor het beleid, heeft belangrijke financiële problemen gehad en deze hebben tot juridische procedures in de openbare lichamen of elders geleid;
- —
met betrekking tot de huidige of één van de voormalige werkgevers of enige vennootschap of rechtspersoon beleidsbepaler of medebeleidsbepaler bekleedt/bekleedde, feitelijke zeggenschap in het bestuur uitoefent/uitoefende of anderszins (mede)verantwoordelijk is/was voor het beleid, is surséance van betaling of faillissement aangevraagd of uitgesproken;
- —
betrokkene is veroordeeld tot het voldoen van openstaande schulden wegens aansprakelijkheid voor het faillissement van een vennootschap of rechtspersoon op grond van de toepasselijke bepalingen van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek BES (artikelen 16 en 19, zevende lid).
- 3.
Andere feiten of omstandigheden
Andere feiten of omstandigheden die wijzen op betrokkenheid van betrokkene bij één of meer financiële gedragingen voor zover die redelijkerwijs van belang kunnen zijn voor de beoordeling van diens betrouwbaarheid.
Bijlage 2.C. Toezichtsantecedenten als bedoeld in artikel 2, onderdeel c
Onder toezichtsantecedenten, van belang voor de beoordeling van de daaraan ten grondslag liggende gedraging of gedragingen, worden in ieder geval voor de betrokkene verstaan:
- —
het onjuist en/of onvolledig verstrekken van gegevens aan een van overheidswege, in de openbare lichamen of in het buitenland, met het toezicht op de financiële markten belaste toezichthouder;
- —
betrokkene of een vennootschap of rechtspersoon beleidsbepalende of medebeleidsbepalende persoon bekleedt of bekleedde, feitelijke zeggenschap in het bestuur uitoefent/uitoefende of anderszins (mede)verantwoordelijk is of was voor het beleid, is een toelating, vergunning of ontheffing geweigerd door een van overheidswege (in de openbare lichamen of elders) met het toezicht op de financiële markten belaste toezichthouder;
- —
een aan betrokkene of een vennootschap of rechtspersoon waarbij betrokkene een functie als beleidsbepalende of medebeleidsbepalende persoon bekleedt of bekleedde, feitelijk zeggenschap in het bestuur uitoefent of uitoefende of anderszins (mede)verantwoordelijk is of was voor het beleid, verleende toelating, vergunning of ontheffing is ingetrokken door een van overheidswege (in de openbare lichamen of elders) met het toezicht op de financiële markten belaste toezichthouder;
- —
betrokkene, of zijn huidige of één van zijn voormalige werkgevers of een vennootschap of rechtspersoon, waarbij betrokkene een functie als beleidsbepalende of medebeleidsbepalende persoon bekleedt of bekleedde, feitelijk zeggenschap in het bestuur uitoefent of uitoefende of anderszins (mede-)verantwoordelijk is/was voor het beleid, is in conflict geweest met een van overheidswege (in de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba of elders) met het toezicht op de financiële markten belaste toezichthouder, en dit conflict heeft geleid tot enige maatregel jegens betrokkene dan wel jegens de vennootschap of rechtspersoon waarbij betrokkene een functie als beleidsbepalende of medebeleidsbepalende persoon bekleedt of bekleedde, feitelijk zeggenschap in het bestuur uitoefent/uitoefende of anderszins verantwoordelijk is of was voor het beleid;
- —
aan betrokkene of aan een vennootschap of rechtspersoon waarbij betrokkene een functie als beleidsbepalende of medebeleidsbepalende persoon bekleedt of bekleedde, feitelijke zeggenschap in het bestuur uitoefent of uitoefende of anderszins (mede)verantwoordelijk is of was voor het beleid, een verklaring door de Minister van Justitie ter zake van de oprichting van dan wel van de wijziging van de statuten van een vennootschap geweigerd;
- —
indien sprake is van een aanwijzing of een bewindvoerder door een toezichthouder in de openbare lichamen of een buitenlandse toezichthouder;
- —
andere feiten of omstandigheden die wijzen op betrokkenheid van betrokkene bij één of meer gedragingen ter zake waarvan in toezichtswetgeving in de openbare lichamen of buitenlandse financiële toezichtwetgeving regels zijn gesteld, welke gedraging of gedragingen redelijkerwijs van belang kunnen zijn voor de beoordeling van diens betrouwbaarheid.
Bijlage 2.D. Fiscaal bestuursrechtelijke antecedenten
Onder fiscaal bestuurlijke antecedenten, van belang voor de beoordeling van de daaraan ten grondslag liggende gedraging of gedragingen, worden voor de betrokkene in ieder geval verstaan:
Aan betrokkene is op grond van de Belastingwet BES een straf opgelegd ter zake van één of meer van de hierna genoemde strafbare feiten:
- —
het niet, onjuist of onvolledig verstrekken van inlichtingen, gegevens of aanwijzingen;
- —
het niet nakomen van inlichtingenverplichtingen.
Bijlage 2.E. Overige antecedenten als bedoeld in artikel 2, onderdeel c
Onder overige antecedenten, van belang voor de beoordeling van de daaraan ten grondslag liggende gedraging(en), worden in ieder geval voor de betrokkene verstaan:
- —
de inschrijving van betrokkene bij het Dutch Securities Institute is door die instelling beëindigd;
- —
betrokkene is onderworpen of onderworpen geweest aan een procedure tot het treffen van tuchtrechtelijke, disciplinaire of vergelijkbare maatregelen door of vanwege een organisatie van zijn beroepsgenoten in of buiten de openbare lichamen en deze procedure heeft jegens betrokkene tot maatregelen geleid;
- —
betrokkene is betrokken of betrokken geweest bij enig conflict met zijn huidige dan wel een vorige werkgever aangaande de correcte vervulling van zijn functie of naleving van gedragsnormen in verband met die taakvervulling en dit conflict heeft geleid tot het opleggen van een arbeidsrechtelijke sanctie aan betrokkene (zoals in de vorm van een waarschuwing, berisping, schorsing of ontslag).