RvdW 2016/1152
Cassatie. Niet-ontvankelijkheid cassatieberoep na oordeel dat art. 80a RO niet voor toepassing in aanmerking komt? Niet-ontvankelijkheid cassatieberoep arrest ondernemingskamer op voet art. 401a lid 2 Rv? Doorbreking rechtsmiddelenverbod tegen deskundigenbenoeming in kader van uittredingsprocedure (art. 2:339 lid 1 BW)?
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
11 november 2016
- Magistraten
Mrs. F.B. Bakels, C.A. Streefkerk, G. de Groot, M.V. Polak, T.H. Tanja-van den Broek
- Zaaknummer
16/00347
- Conclusie
A-G mr. E.M. Wesseling-van Gent
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Cassatie
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
Burgerlijk procesrecht / Hoger beroep
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:2578, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 11‑11‑2016
ECLI:NL:PHR:2016:861, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 08‑07‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 22‑04‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 22‑12‑2015
- Wetingang
Essentie
Cassatie. Niet-ontvankelijkheid cassatieberoep na oordeel dat art. 80a RO niet voor toepassing in aanmerking komt? Niet-ontvankelijkheid cassatieberoep arrest ondernemingskamer op voet art. 401a lid 2 Rv? Doorbreking rechtsmiddelenverbod tegen deskundigenbenoeming in kader van uittredingsprocedure (art. 2:339 lid 1 BW)?
De Hoge Raad kan in elke stand van het geding, ambtshalve dan wel naar aanleiding van een daarop gericht beroep van een partij, beslissen dat de eiser dan wel de verzoeker niet-ontvankelijk is in zijn cassatieberoep. Daaraan staat niet in de weg dat in een eerder stadium van de behandeling van de zaak ...