Einde inhoudsopgave
Faillissementswet BES
Artikel 57
Geldend
Geldend vanaf 10-10-2010
- Redactionele toelichting
Tekstplaatsing van het Faillissementsbesluit 1931, zoals gewijzgd bij de Aanpassingswet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba (17-05-2010, Stb. 350) en de Aanpassingsregeling BES-wetten (28-09-2010, Stcrt. 15040). Tijdstip iwtr.: 00.00 uur in Bonaire, Sint Eustatius en Saba. 06.00 uur in het Europese deel van Nederland.
- Bronpublicatie:
22-09-2010, Stb. 2010, 496 (uitgifte: 01-10-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
10-10-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-09-2010, Stb. 2010, 389 (uitgifte: 01-01-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Bedrijfseconomisch advies (V)
Insolventierecht / Faillissement
Insolventierecht / Surseance van betaling
1.
De echtgenoot van de gefailleerde neemt alle goederen, die hem toebehoren en niet in de gemeenschap vallen, terug.
2.
De aanbrengst van de bij huwelijkse voorwaarden buiten de gemeenschap gehouden rechten aan toonder en roerende zaken wordt bewezen zoals bij artikel 130 van Boek 1 van het Burgerlijk wetboek BES ten opzichte van derden is voorgeschreven.
3.
Van de aan de echtgenoot van de gefailleerde opgekomen rechten aan toonder en roerende zaken, ten aanzien waarvan bij uiterste wilsbeschikking van de erflater of bij gift is bepaald dat zij buiten de gemeenschap vallen, moet, in geval van geschil, door beschrijving of bescheiden blijken. Hetzelfde geldt voor zodanige rechten en zaken, hem staande huwelijk bij erfenis, legaat of schenking opgekomen, die ingevolge de huwelijkse voorwaarden buiten de gemeenschap vallen.
4.
De goederen, voortgesproten uit de belegging of wederbelegging van gelden aan de echtgenoot van de gefailleerde buiten de gemeenschap toebehorende, worden insgelijks door die echtgenoot teruggenomen, mits de belegging of wederbelegging, ingeval van geschil, door voldoende bescheiden, ten genoege van de rechter, zij bewezen.
5.
Indien de goederen aan de echtgenoot van de gefailleerde toebehorende, door de gefailleerde zijn vervreemd, doch de koopprijs nog niet is betaald, of wel de kooppenningen nog onvermengd met de failliete boedel aanwezig zijn, kan de echtgenoot zijn recht van terugneming op die koopprijs of op de voorhanden kooppenningen uitoefenen.
6.
Voor zijn persoonlijke schuldvorderingen treedt de echtgenoot van de gefailleerde als schuldeiser op.