Einde inhoudsopgave
Besluit 2014/C 96/01 over de regels voor de behandeling van vertrouwelijke informatie door het Europees Parlement
Artikel 10 Raadplegen of genereren van vertrouwelijke informatie in beveiligde ruimten
Geldend
Geldend vanaf 01-04-2014
- Bronpublicatie:
15-04-2013, PbEU 2014, C 96 (uitgifte: 01-04-2014, regelingnummer: 2014/C96/01)
- Inwerkingtreding
01-04-2014
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
15-04-2013, PbEU 2014, C 96 (uitgifte: 01-04-2014, regelingnummer: 2014/C96/01)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
Privacy / Algemeen
Bestuursrecht algemeen / Algemeen
EU-recht / Instituties
1.
Een persoon die vertrouwelijke informatie in de beveiligde zone wenst te raadplegen of te genereren, deelt zijn naam van tevoren aan de CIU mee. De CIU controleert de identiteit van die persoon, en gaat na of de hij overeenkomstig de regelingen als bedoeld in artikel 3, leden 3 tot en met 7, artikel 4, lid 1, of artikel 5, leden 3, 4 en 5, gemachtigd is de vertrouwelijke informatie te raadplegen of te genereren.
2.
Een persoon die overeenkomstig artikel 3, leden 3 en 7, vertrouwelijke informatie die als ‘RESTREINT UE/EU RESTRICTED’ of op een gelijkwaardig niveau is gerubriceerd, of ‘andere vertrouwelijke informatie’ in een beveiligde leeskamer wenst te raadplegen, deelt zijn of haar naam van tevoren aan de bevoegde diensten van het secretariaat van het parlementaire orgaan/de parlementaire ambtdrager of de CIU mee.
3.
Behoudens in uitzonderlijke omstandigheden (bijv. wanneer in een kort tijdsbestek een groot aantal aanvragen voor raadpleging is ingediend) wordt telkens slechts één persoon tot een beveiligde ruimte toegelaten om vertrouwelijke informatie te raadplegen, zulks in aanwezigheid van een ambtenaar van het secretariaat van het parlementaire orgaan/de parlementaire ambtdrager of van de CIU.
4.
Tijdens het proces van raadpleging zijn contact met de buitenwereld (ook per telefoon of met behulp van andere technische hulpmiddelen), het maken van aantekeningen en het fotokopiëren of fotograferen van de geraadpleegde vertrouwelijke gegevens verboden.
5.
Alvorens een persoon toestemming te geven de beveiligde ruimte te verlaten, gaat de ambtenaar van het secretariaat van het parlementaire orgaan/de parlementaire ambtdrager of van de CIU na of de geraadpleegde vertrouwelijke informatie aanwezig, onaangetast en volledig is.
6.
In geval van overtreding van bovenstaande regels stelt de ambtenaar van het secretariaat van het parlementaire orgaan/de parlementaire ambtdrager of van de CIU de secretaris-generaal op de hoogte, die de zaak naar de Voorzitter doorverwijst indien het om een lid van het Europees Parlement gaat.