Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2016/1036 betreffende beschermende maatregelen tegen invoer met dumping uit landen die geen lid zijn van de Europese Unie (codificatie)
Artikel 12 Absorptie
Geldend
Geldend vanaf 20-07-2016
- Bronpublicatie:
08-06-2016, PbEU 2016, L 176 (uitgifte: 30-06-2016, regelingnummer: 2016/1036)
- Inwerkingtreding
20-07-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
08-06-2016, PbEU 2016, L 176 (uitgifte: 30-06-2016, regelingnummer: 2016/1036)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Algemeen
Internationaal publiekrecht / Vrij verkeer
Ondernemingsrecht / Economische ordening
1.
Als de bedrijfstak van de Unie of een andere belanghebbende normaal gesproken binnen twee jaar na de inwerkingtreding van de maatregelen voldoende inlichtingen verstrekt waaruit blijkt dat na het oorspronkelijke onderzoek en vóór of na de instelling van de maatregelen de uitvoerprijzen zijn gedaald of dat de wederverkoopprijs of de latere verkoopprijs van het ingevoerde product in de Unie niet of nauwelijks is veranderd, kan de Commissie het onderzoek heropenen om te beoordelen of de maatregel effect heeft gehad op deze prijzen. De Commissie doet de lidstaten informatie toekomen zodra een belanghebbende partij een toereikend verzoek tot heropening van het onderzoek heeft ingediend en de Commissie haar onderzoek daarvan heeft beëindigd.
Het onderzoek kan ook op initiatief van de Commissie of op verzoek van een lidstaat worden heropend, onder de in de eerste alinea beschreven voorwaarden.
2.
Bij een nieuw onderzoek op grond van dit artikel worden de exporteurs, importeurs en producenten in de Unie in de gelegenheid gesteld, de situatie ten aanzien van de wederverkoopprijzen en de latere verkoopprijzen nader toe te lichten. Indien de conclusie is, dat de maatregel tot wijzigingen in deze prijzen had moeten leiden om de voordien overeenkomstig artikel 3 vastgestelde schade weg te nemen, worden de uitvoerprijzen overeenkomstig artikel 2 opnieuw bezien en worden de dumpingmarges, rekening houdend met de herziene uitvoerprijzen, opnieuw berekend. Als wordt geoordeeld dat aan de in artikel 12, lid 1, genoemde voorwaarden wordt voldaan door een daling van de uitvoerprijzen, die na het oorspronkelijke onderzoek en voor of na de instelling van de maatregelen heeft plaatsgevonden, dan kunnen die dumpingmarges met inachtneming van deze lagere uitvoerprijzen opnieuw worden berekend.
3.
Wanneer bij een nieuw onderzoek op grond van dit artikel de dumping blijkt te zijn toegenomen, kunnen de geldende maatregelen door de Commissie volgens de in artikel 15, lid 3, bedoelde onderzoeksprocedure, overeenkomstig de nieuwe bevindingen inzake de uitvoerprijzen worden gewijzigd. Het op grond van dit artikel ingestelde antidumpingrecht mag niet hoger zijn dan tweemaal het oorspronkelijk ingestelde recht.
4.
De relevante bepalingen van de artikelen 5 en 6 zijn van toepassing op alle nieuwe onderzoeken die op grond van dit artikel worden verricht, met dien verstande dat dergelijke nieuwe onderzoeken versneld worden verricht en normaal gesproken moeten worden voltooid binnen zes maanden na de datum waarop het nieuwe onderzoek werd geopend. Dergelijke nieuwe onderzoeken moeten in ieder geval binnen negen maanden na opening van het onderzoek voltooid zijn.
Als het nieuwe onderzoek niet binnen de in de eerste alinea genoemde termijnen voltooid is, worden de maatregelen ongewijzigd gehandhaafd. Een bericht van de feitelijke handhaving van de maatregelen krachtens het bepaalde in dit lid wordt gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Unie.
5.
Met beweerde wijzigingen van de normale waarde wordt op grond van dit artikel slechts rekening gehouden, indien de Commissie binnen de in het bericht van opening van een onderzoek gestelde termijnen uitvoerige en naar behoren met bewijsmateriaal gestaafde gegevens over de herziene normale waarden ontvangt. Indien een nieuw onderzoek betrekking heeft op een herziening van de normale waarden, kan de invoer, hangende de uitkomst van dit onderzoek, overeenkomstig artikel 14, lid 5, worden geregistreerd.