Einde inhoudsopgave
Handels- en Samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, enerzijds, en het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland, anderzijds
Artikel 525 Bescherming van persoonsgegevens
Geldend
Geldend vanaf 01-05-2021
- Bronpublicatie:
30-12-2020, PbEU 2021, L 149 (uitgifte: 30-04-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-05-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-04-2021, PbEU 2021, L 149 (uitgifte: 30-04-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Algemeen
Ondernemingsrecht / Europees ondernemingsrecht
Douane (V)
1.
De samenwerking waarin dit deel voorziet, is gebaseerd op de jarenlange inzet van de Partijen om een hoog niveau van bescherming van persoonsgegevens te waarborgen.
2.
Om recht te doen aan dat hoge beschermingsniveau zorgen de Partijen ervoor dat de respectieve gegevensbeschermingsregelingen van de Partijen doeltreffende waarborgen bevatten voor persoonsgegevens die uit hoofde van dit deel worden verwerkt, welke waarborgen onder meer inhouden dat:
- a)
persoonsgegevens rechtmatig en behoorlijk worden verwerkt, met inachtneming van de beginselen van gegevensminimalisatie, doelbinding, nauwkeurigheid en opslagbeperking;
- b)
de verwerking van bijzondere categorieën persoonsgegevens slechts is toegelaten voor zover de verwerking strikt noodzakelijk is en geschiedt met inachtneming van passende waarborgen die aansluiten bij de specifieke risico's van de verwerking;
- c)
een op het risico van de verwerking afgestemd beveiligingsniveau wordt gewaarborgd door middel van relevante technische en organisatorische maatregelen, met name wat de verwerking van bijzondere categorieën persoonsgegevens betreft;
- d)
aan betrokkenen een afdwingbaar recht op inzage, rectificatie of wissing van gegevens wordt toegekend, onder voorbehoud van eventuele beperkingen waarin de wet voorziet en die in een democratische samenleving noodzakelijke en evenredige maatregelen vormen om belangrijke doelstellingen van algemeen belang te beschermen;
- e)
indien een inbreuk in verband met gegevens een risico vormt voor de rechten en vrijheden van natuurlijke personen, de bevoegde toezichthoudende autoriteit zonder onnodige vertraging in kennis wordt gesteld van de inbreuk; wanneer de inbreuk waarschijnlijk een hoog risico voor de rechten en vrijheden van natuurlijke personen met zich meebrengt, ook de betrokkenen daarvan in kennis worden gesteld, onder voorbehoud van eventuele beperkingen waarin de wet voorziet en die in een democratische samenleving noodzakelijke en evenredige maatregelen vormen om belangrijke doelstellingen van algemeen belang te beschermen;
- f)
verdere doorgifte aan een derde land alleen is toegestaan met inachtneming van voorwaarden en waarborgen die passend zijn voor de doorgifte en ervoor zorgen dat aan het beschermingsniveau geen afbreuk wordt gedaan;
- g)
onafhankelijke autoriteiten zorgen voor het toezicht op de naleving van de waarborgen inzake gegevensbescherming en voor de handhaving van die waarborgen; en
- h)
betrokkenen afdwingbare rechten krijgen op doeltreffend administratief en gerechtelijk beroep in geval van schending van de waarborgen inzake gegevensbescherming.
3.
Het Verenigd Koninkrijk enerzijds en de Unie, ook namens elk van haar lidstaten, anderzijds, stellen het Gespecialiseerd Comité voor samenwerking inzake rechtshandhaving en justitie in kennis van de toezichthoudende autoriteiten die belast zijn met het toezicht op de uitvoering en het verzekeren van de naleving van de gegevensbeschermingsregels die van toepassing zijn op de samenwerking uit hoofde van dit deel. De toezichthoudende autoriteiten werken samen om ervoor te zorgen dat dit deel wordt nageleefd.
4.
De in dit deel vervatte bepalingen inzake de bescherming van persoonsgegevens zijn van toepassing op de geheel of gedeeltelijk geautomatiseerde verwerking van persoonsgegevens alsmede op de niet-geautomatiseerde verwerking van persoonsgegevens die in een bestand zijn opgenomen of die bestemd zijn om daarin te worden opgenomen.
5.
Dit artikel laat de toepassing van eventuele specifieke bepalingen in dit deel betreffende de verwerking van persoonsgegevens onverlet.