NJB 2015/2184:Voorwaardelijk opzet bij doodslag, art. 287 Sr: in casu niet onbegrijpelijk oordeel hof dat verdachtes gedragingen tezamen naar hun uiterlijke verschijningsvorm kunnen worden aangemerkt als zozeer te zijn gericht op het neerschieten van het slachtoffer, dat het niet anders kan zijn dan dat de verdachte de aanmerkelijke kans op het overlijden van het slachtoffer heeft aanvaard. Daartoe zijn in casu onder meer de volgende specifieke omstandigheden relevant: het laden van het pistool met scherpe munitie, het bij zich steken van dat pistool, het pakken, doorladen en in het bijzonder het tijdens de worsteling met [slachtoffer] – kennelijk met de vinger aan de trekker – op diens buik richten en gericht houden van dat pistool. A-G: anders