NJB 2020/1735:Beklag aangaande beslag art. 552a Sv en het vereiste van dubbele strafbaarheid bij de erkenning of uitvoering van een Europees onderzoeksbevel, art. 5.4.4 lid 2 Sv: ingevolge de bepaling dient in beginsel – dat wil zeggen: behoudens de in deze bepaling omschreven uitzondering – te worden voldaan aan het vereiste van dubbele strafbaarheid. Dat vereiste houdt in dat het materiële feit waarvoor het bevel is uitgevaardigd binnen de termen van een Nederlandse strafbepaling moet vallen. Daarvoor is voldoende dat de strafbaarstelling zoals deze in de uitvaardigende staat luidt, in de kern hetzelfde rechtsgoed beschermt als de Nederlandse strafbaarstelling. Deze strafbaarstellingen hoeven dus niet in alle opzichten met elkaar overeen te stemmen. Proportionaliteit van de inbeslagname op grond van een Europees onderzoeksbevel: mede gelet op art. 5.4.7 lid 1 Sv toetst de rechtbank niet de proportionaliteit van de inbeslagneming en van de daarop volgende overdracht van voorwerpen die het bewijsmateriaal vormen waarop het EOB betrekking heeft