Toetsing van besluiten in het rechtspersonenrecht
Einde inhoudsopgave
Toetsing van besluiten in het rechtspersonenrecht (IVOR nr. 89) 2012/3.2.2:3.2.2 Besluiten van de algemene vergadering en/of besluiten van andere organen
Toetsing van besluiten in het rechtspersonenrecht (IVOR nr. 89) 2012/3.2.2
3.2.2 Besluiten van de algemene vergadering en/of besluiten van andere organen
Documentgegevens:
A.J.M. Klein Wassink, datum 14-05-2012
- Datum
14-05-2012
- Auteur
A.J.M. Klein Wassink
- JCDI
JCDI:ADS599683:1
- Vakgebied(en)
Ondernemingsrecht (V)
Toon alle voetnoten
Voetnoten
Voetnoten
Van der Heijden 1936, p.155. Anders Verdam 1940a, p. 194 ev.
Verdam 1940 b, p. 435, Van der Heijden - Van der Grinten 1968, nr. 228. Noldus 1969, nr. 30 en 48.
Van der Grinten 1966, p. 19, Van der Heijden - Van der Grinten 1968, nr. 228.
HR 1 april 1949, NJ 1949, 465 m.nt. PhANH (Doetinchemse IJzergieterij). Andere voorbeelden zijn te vinden in Rb. 's-Gravenhage 12 december 1939, NJ 1940, 660 (Ons Belang) en HR 23 juli 1946, NJ 1947, 1 m.nt. DJV (Gereformeerde Kerk Houwerzijl).
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Artikel 46a WvK opende de mogelijkheid de nietigheid van besluiten van de algemene vergadering in te roepen. In de tekst van art. 46a WvK werd alleen gesproken over besluiten van de algemene vergadering. Of op grond van dit artikel ook de nietigheid van besluiten van andere organen, zoals het bestuur of de raad van commissarissen, kon worden ingeroepen, bleek daaruit niet. In de toelichtende stukken bij de verschillende ontwerpteksten voor deze regeling is hierover evenmin iets vermeld.
In de literatuur bestonden verschillende opvattingen over de vraag of op grond van art. 46a WvK de nietigheid van besluiten van andere organen kon worden ingeroepen. Van der Heijden meende dat aan de tekst van de wet geen argumenten ontleend konden worden om art. 46a WvK ook op besluiten van andere organen toe te passen. Dat besluiten van andere organen nietig konden zijn, werd door hem niet ontkend, maar met art. 46a WvK had de wetgever niet meer willen regelen dan de nietigheid van een besluit van de algemene vergadering.1 Bij besluiten van andere organen dan de algemene vergadering maakte Van der Heijden onderscheid tussen enerzijds het besluit en anderzijds de (uitvoerings)handeling. Op de nietigheid van een besluit van de algemene vergadering kon een belanghebbende te allen tijde een beroep doen. Als een besluit van een ander orgaan nietig was, zou de belanghebbende zich moeten beroepen op de nietigheid van de uitvoeringshandeling en niet op de nietigheid van het daaraan ten grondslag liggende besluit.
Van der Heijden's opvatting werd niet door iedereen gevolgd. Verdam en later ook Van der Grinten en Noldus zagen geen bezwaar in de toepassing van art. 46a WvK op besluiten van andere organen.2 Van der Grinten verwoordde dat als volgt:
`De gronden van nietigheid en vernietigbaarheid welke wij voor besluiten van de algemene vergadering ontwikkelden, zijn in het algemeen ook van toepassing op besluiten van andere organen.'3
In de praktijk werd een beroep op art. 46a WvK ten aanzien van zowel een besluit van de algemene vergadering als van een ander orgaan, toegelaten. Zie bijvoorbeeld de uitspraak van de Hoge Raad in het arrest over de Doetinchemse IJzergieterij:
`dat, als art 46aK vermeldt, dat van een besluit van de algemene vergadering de nietigheid kan worden ingeroepen door iederen aandeelhouder, daarmee een beginsel wordt uitgesproken, dat - gelijk voorheen onder de oude regeling van de naamlooze vennootschap - ook zonder uitspraak in de wet zou gelden, dat gelijk beginsel moet aanvaard worden ten opzichte van de besluiten van andere organen van de naamloze vennootschap, ook al is het in de wet zelf niet neergelegd.'4
De lacune in de tekst van art. 46a WvK werd dus door de rechtspraak ingevuld. In de in 1976 ingevoerde art. 2:11 - 13 BW werd uitdrukkelijk vastgelegd dat niet alleen besluiten van de algemene vergadering, art. 2:11 (oud) BW, maar ook besluiten van andere organen, zie art. 2:13 (oud) BW, van de rechtspersoon nietig of vernietigbaar konden zijn.