Einde inhoudsopgave
Richtsnoer ECB/2011/23 (2012/120/EU) betreffende de statistische rapportagevereisten van de Europese Centrale Bank met betrekking tot externe statistieken
Artikel 6 Kwaliteit van de statistische gegevens
Geldend
Geldend vanaf 16-05-2022
- Redactionele toelichting
De datum van inwerkingtreding is de datum van het Publicatieblad.
- Bronpublicatie:
05-05-2022, PbEU 2022, L 137 (uitgifte: 16-05-2022, regelingnummer: 2022/747)
- Inwerkingtreding
16-05-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
05-05-2022, PbEU 2022, L 137 (uitgifte: 16-05-2022, regelingnummer: 2022/747)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
Onverminderd de toezichthoudende taken van de ECB, zoals bepaald in bijlage V, verzekeren de NCB’s het toezicht op en de beoordeling van de kwaliteit van aan de ECB ter beschikking gestelde statistische gegevens, zulks in samenwerking met andere bevoegde autoriteiten, zoals aangegeven in artikel 4 en indien toepasselijk. De ECB beoordeelt deze gegevens op een vergelijkbare wijze en tijdig.
Onverminderd de toezichthoudende taken van de ECB, zoals bepaald in bijlage V, verzekeren de NCB’s het toezicht op en de beoordeling van de kwaliteit van aan de ECB ter beschikking gestelde statistische gegevens, zulks in samenwerking met andere bevoegde autoriteiten, zoals aangegeven in artikel 4 en indien toepasselijk. De ECB beoordeelt deze gegevens op een vergelijkbare wijze en tijdig. De directie van de ECB rapporteert elke twee jaar aan de Raad van bestuur van de ECB over de kwaliteit van de aan de ECB ter beschikking gestelde externe statistieken. Dit rapport wordt door de directie aan de Raad van bestuur voorgelegd aan het einde van het jaar dat volgt op elke betreffende tweejaarlijkse periode. Het eerste tweejaarlijkse rapport wordt eind 2022 ingediend. De directie kan dit rapport, of een uittreksel daarvan, openbaar maken.
2.
De beoordeling van de kwaliteit van gegevens inzake effectentransacties en -posities, alsook inzake ermee verband houdend inkomen, is afhankelijk van een voldoende reikwijdte van de informatie inzake effecten in de GED.
3.
Indien de gegevens voor een post in tabellen 1 tot en met 5 van bijlage II verwaarloosbaar of onbeduidend zijn voor statistieken van het eurogebied en voor nationale statistieken, of de gegevens voor die post niet tegen redelijke kosten verzameld kunnen worden, rapporteren NCB’s de best geschatte gegevens op basis van deugdelijke statistische methoden, mits de analytische waarde van de statistieken niet wordt aangetast. Daarnaast rapporteren NCB’s gegevens op basis van de beste schatting voor de volgende uitsplitsingen in tabellen 1, 2, 4, 6 en 10 van bijlage II:
- a)
subposten van primair inkomen uit direct en overige investeringen;
- b)
subposten van overig primair inkomen en van secundair inkomen;
- c)
subposten van vermogensoverdrachten op de vermogensoverdrachtenrekening;
- d)
geografische uitsplitsing van passiva van financiële derivaten;
- e)
ingehouden winsten uit aandelen in beleggingsfondsen zonder een ISIN-code;
- f)
Overig inkomen uit beleggingen inzake beleggingsfondsen met een ISIN code (tot de CSDB geschikt wordt geacht voor de passende afleiding van deze post);
- g)
uitsplitsing van grensoverschrijdende transporten van bankbiljetten naar denominatie;
- h)
uitsplitsingen naar institutionele sector van transacties en posities in ‘valuta en deposito's’ (activa) van ‘overige sectoren’;
- i)
uitsplitsing van internationale investeringsposities naar valutadenominatie en restlooptijd.
4.
Onder het toezicht houden op de kwaliteit van de statistische gegevens door de ECB kan nauwkeurig onderzoek van herzieningen van deze gegevens vallen: ten eerste, teneinde de meest recente statistische gegevens aan te leveren, om zo de kwaliteit te verbeteren; en, ten tweede, teneinde te verzekeren, dat de corresponderende betalingsbalansposten voor elk van de verschillende rapportagefrequenties zoveel mogelijk met elkaar overeenstemmen.
5.
Vanaf 1 januari 2022 kan de directie, wanneer zij ernstige problemen in verband met de kwaliteit van de gegevens vaststelt, zo nodig aanvullende rapporten bij de Raad van bestuur indienen.