NJB 2021/723:Wie is pleger van het onjuist of onvolledig doen van een bij de belastingwet voorziene aangifte, art. 69 AWR? Dat is degene die tot het doen van de aangifte gehouden is. Die gehoudenheid bestaat bij eenieder die tot het doen van aangifte is uitgenodigd conform art. 8 lid 1 AWR. Dat de in art. 8 lid 1 AWR bedoelde uitnodiging tot het doen van aangifte (nog) niet was ontvangen, staat op zichzelf beschouwd niet in de weg aan het oordeel dat sprake is van een ‘bij de belastingwet voorziene aangifte’ in de zin van art. 69 lid 2 AWR. Een aangifte kan uitsluitend worden aangemerkt als een ‘bij de belastingwet voorziene aangifte’ indien die aangifte is gedaan door degene op wiens belasting- of betalingsplicht die aangifte betrekking heeft, of door degene die uit hoofde van de art. 42 t/m 44 AWR als vertegenwoordiger van de belasting- of betalingsplichtige kan optreden. Aldus heeft het hof in casu ten onrechte geoordeeld dat de verdachte – die onjuiste aangiften inkomstenbelasting heeft gedaan voor de belastingplichtige personen – kan worden aangemerkt als ‘degene die opzettelijk een bij de belastingwet voorziene aangifte onjuist doet’ als bedoeld in art. 69 lid 2 AWR