BNB 2022/97
Toepassing vrije ruimte werkkostenregeling voor werknemer zonder inhoudingsplichtige werkgever
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
27 mei 2022
- Magistraten
Mrs. Koopman, Beukers-van Dooren, Cools
- Zaaknummer
21/01854
- Noot
A.L. Mertens
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS656896:1
- Vakgebied(en)
Loonbelasting / Werkkostenregeling
Inkomstenbelasting / Belastbaar loon
Premieheffing (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:697, Uitspraak, Hoge Raad, 27‑05‑2022
Beroepschrift, Hoge Raad, 27‑05‑2022
- Wetingang
Art. 3.84 lid 2 Wet IB 2001
Essentie
Toepassing vrije ruimte werkkostenregeling voor werknemer zonder inhoudingsplichtige werkgever
Samenvatting
Belanghebbende werkte in 2010, 2013 en een deel van 2014 als Rijnvarende aan boord van een schip dat eigendom was van een Nederlandse BV en dat werd geëxploiteerd door een Nederlandse vennootschap onder firma. Zij stond op de loonlijst van een Luxemburgse S.a.r.l. en op haar jaaropgaven staan socialeverzekeringspremies vermeld. De Inspecteur heeft een deel van die premies als pensioenpremies in aftrek toegelaten op haar loon. Volgens een A1-verklaring van de Sociale Verzekeringsbank is vanaf 17 oktober 2011 de Nederlandse socialeverzekeringswetgeving toepasselijk. Het Hof heeft geoordeeld dat belanghebbende op ...