Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2024/1351 betreffende asiel- en migratiebeheer, tot wijziging van de Verordeningen (EU) 2021/1147 en (EU) 2021/1060 en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 604/2013
Artikel 22 Persoonlijk onderhoud
Geldend
Geldend vanaf 11-06-2024
- Bronpublicatie:
14-05-2024, PbEU L 2024, 2024/1351 (uitgifte: 22-05-2024, regelingnummer: 2024/1351)
- Inwerkingtreding
11-06-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-05-2024, PbEU L 2024, 2024/1351 (uitgifte: 22-05-2024, regelingnummer: 2024/1351)
- Vakgebied(en)
Vreemdelingenrecht / Algemeen
1.
Om de procedure voor het bepalen van de verantwoordelijke lidstaat te vergemakkelijken, voeren de bevoegde autoriteiten van de lidstaat die met het bepalen van de verantwoordelijke lidstaat is belast als bedoeld in artikel 38, lid 1, een persoonlijk onderhoud met de verzoeker met het oog op de toepassing van artikel 39. Het onderhoud biedt de verzoeker tevens de mogelijkheid de overeenkomstig artikel 19 ontvangen informatie juist te begrijpen.
De bevoegde autoriteiten verzamelen informatie over de specifieke situatie van de verzoeker door proactief vragen te stellen die kunnen helpen bepalen welke lidstaat verantwoordelijk is met het oog op de toepassing van artikel 39.
Indien er aanwijzingen zijn dat de verzoeker gezinsleden of familieleden in een lidstaat heeft, ontvangt de verzoeker een door het Asielagentschap te ontwikkelen modelformulier. De verzoeker vult dat modelformulier in met de informatie waarover hij of zij beschikt om de toepassing van artikel 39 te vergemakkelijken. Indien mogelijk vult de verzoeker dat modelformulier in vóór het persoonlijk onderhoud vermeld in dit artikel.
Het Asielagentschap ontwikkelt het in de derde alinea van dit lid bedoelde modelformulier uiterlijk op 12 april 2025. Het Asielagentschap ontwikkelt ook richtsnoeren voor de identificatie en opsporing van gezinsleden om de toepassing van de artikelen 25 tot en met 28 en artikel 34 door de verzoekende en de aangezochte lidstaat overeenkomstig de artikelen 39 en 40 te ondersteunen.
De verzoeker krijgt de gelegenheid om de bevoegde autoriteiten naar behoren gemotiveerde redenen voor te leggen om hen te doen overwegen artikel 35, lid 1, toe te passen.
2.
Er kan worden afgezien van een persoonlijk onderhoud indien:
- a)
de verzoeker is ondergedoken;
- b)
de verzoeker het persoonlijk onderhoud niet heeft bijgewoond en geen gegronde redenen voor die afwezigheid heeft gegeven;
- c)
de verzoeker, na de in artikel 19 bedoelde informatie te hebben ontvangen, reeds met andere middelen de informatie heeft verstrekt die relevant is om te bepalen welke lidstaat verantwoordelijk is.
Voor de toepassing van punt c) van de eerste alinea biedt de lidstaat die het onderhoud achterwege laat, de verzoeker de gelegenheid om alle verdere informatie te verstrekken die relevant is om op correcte wijze de verantwoordelijke lidstaat te bepalen binnen de in artikel 39, lid 1, bedoelde termijn, met inbegrip van naar behoren gemotiveerde redenen op basis waarvan de autoriteit de noodzaak van een persoonlijk onderhoud kan overwegen.
3.
Het persoonlijk onderhoud vindt tijdig plaats en in ieder geval voordat er een overnameverzoek op grond van artikel 39 wordt gedaan.
4.
Het persoonlijk onderhoud wordt gevoerd in de taal waaraan de verzoeker de voorkeur geeft, tenzij er een andere taal kan worden gebruikt die de verzoeker verstaat en waarin de verzoeker helder kan communiceren. Een onderhoud met niet-begeleide en, in voorkomend geval, begeleide minderjarigen wordt door een persoon die de nodige kennis heeft van de rechten en de bijzondere behoeften van minderjarigen op kindgerichte en aan de context aangepaste wijze gevoerd, waarbij rekening wordt gehouden met de leeftijd en mate van volwassenheid van de minderjarige, in aanwezigheid van de vertegenwoordiger en, indien van toepassing, de juridisch adviseur van de minderjarige. Zo nodig wordt voorzien in een tolk die kan zorgen voor een goede communicatie tussen de verzoeker en de persoon die het persoonlijk onderhoud voert. Tijdens het persoonlijk onderhoud kan ook worden voorzien in de aanwezigheid van een cultureel bemiddelaar. Indien mogelijk en indien de verzoeker daarom verzoekt, zijn de persoon die het onderhoud voert en, indien van toepassing, de tolk van het geslacht waaraan de verzoeker de voorkeur geeft.
5.
De lidstaten kunnen, indien dat naar behoren gerechtvaardigd wordt door de omstandigheden, het persoonlijk onderhoud per videoconferentie voeren. In dat geval voorzien de lidstaten in de nodige regelingen voor passende faciliteiten, procedurele en technische normen, rechtsbijstand en vertolking, rekening houdend met de richtsnoeren van het Asielagentschap.
6.
Het persoonlijk onderhoud vindt plaats in zodanige omstandigheden dat een passende geheimhouding is gewaarborgd. Het wordt gevoerd door een krachtens het nationale recht gekwalificeerde persoon. Verzoekers van wie is vastgesteld dat zij bijzondere procedurele waarborgen nodig hebben op grond van Verordening (EU) 2024/1348 krijgen passende ondersteuning om de voorwaarden te scheppen die nodig zijn om doeltreffend alle elementen aan te reiken die het mogelijk maken te bepalen welke lidstaat verantwoordelijk is. Het personeel dat het onderhoud met verzoekers voert, beschikt ook over algemene kennis betreffende factoren die het vermogen van verzoekers om aan een onderhoud deel te nemen negatief kunnen beïnvloeden, zoals aanwijzingen dat de persoon in het verleden is gefolterd of het slachtoffer is geweest van mensenhandel.
7.
De lidstaat die het persoonlijk onderhoud voert, maakt een geluidsopname van het onderhoud en stelt daarvan een schriftelijke samenvatting op met ten minste de belangrijkste informatie die de verzoeker tijdens het onderhoud heeft verstrekt. De verzoeker wordt vooraf in kennis gesteld van het feit dat er een dergelijke opname wordt gemaakt en het doel daarvan. In geval van twijfel over de door de verzoeker tijdens het persoonlijk onderhoud afgelegde verklaringen, prevaleert de geluidsopname. De samenvatting kan de vorm van een verslag of een standaardformulier aannemen. De lidstaat zorgt ervoor dat de verzoeker of de krachtens het nationale recht als zodanig erkende of toegelaten juridisch adviseur of andere counselor die de verzoeker juridisch vertegenwoordigt, tijdig toegang tot de samenvatting heeft, zo snel mogelijk na het onderhoud en in elk geval voordat de bevoegde autoriteiten een besluit nemen over de verantwoordelijke lidstaat. De verzoeker krijgt de gelegenheid om aan het einde van het persoonlijk onderhoud of binnen een bepaalde termijn mondeling of schriftelijk opmerkingen te maken of opheldering te verschaffen over onjuiste vertalingen of misverstanden of andere feitelijke onjuistheden in de schriftelijke samenvatting.