RVR 2010, 6
Is een zogenoemde drijfwoning een onroerende zaak als bedoeld in art. 2, eerste lid, van de Wet op belastingen van rechtsverkeer?
Rb. Breda 09-10-2009, ECLI:NL:RBBRE:2009:BK1220
- Instantie
Rechtbank Breda
- Datum
9 oktober 2009
- Magistraten
Mr. C.A.F.M. Stassen
- Zaaknummer
AWB 09/928
- LJN
BK1220
- JCDI
JCDI:ADS190107:1
- Vakgebied(en)
Ruimtelijk bestuursrecht / Algemeen
Accounting / Algemeen
Civiel recht algemeen (V)
Goederenrecht / Algemeen
Bedrijfseconomisch advies (V)
Belastingrecht algemeen (V)
Accounting (V)
Goederenrecht (V)
Ruimtelijk bestuursrecht (V)
Auditing (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:RBBRE:2009:BK1220, Uitspraak, Rechtbank Breda, 09‑10‑2009
- Wetingang
Wet op belastingen van rechtsverkeer art. 2 lid 1
Essentie
Drijfwoning roerend/onroerend. Begrip belasting/civielrecht.
Is een zogenoemde drijfwoning een onroerende zaak als bedoeld in art. 2, eerste lid, van de Wet op belastingen van rechtsverkeer?
Samenvatting
Belanghebbende heeft op 7 januari 2005 een perceel grond en water, en een zogenoemde Marina (drijfwoning) verkregen. Terzake van de verkrijging van de Marina is geen overdrachtsbelasting aangegeven. Enkel terzake van de verkrijging van het perceel grond is overdrachtsbelasting aangegeven. De Marina's bestaan uit een betonnen caisson (het drijflichaam), met een diepgang van ongeveer 1,5 meter en een houten opbouw. Er is geen voortbeweging door een eigen mechanische kracht mogelijk. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.