NJ 2010, 188
Antilliaanse zaak. Nietigheid exploot van betekening van appelakte/memorie van grieven wegens niet-naleving art. 1 lid 3 juncto art. 2 lid 1 RvNA; hernieuwde betekening na nietigverklaring exploot.
HR 26-03-2010, ECLI:NL:HR:2010:BL0592 (West Indies Dive Bar/Kildare e.a.)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
26 maart 2010
- Magistraten
Mrs. D.H. Beukenhorst, A.M.J. van Buchem-Spapens, A. Hammerstein, W.A.M. van Schendel, C.A. Streefkerk
- Zaaknummer
08/03050
- Conclusie
A-G Huydecoper
- LJN
BL0592
- Roepnaam
West Indies Dive Bar/Kildare e.a.
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Ruimtelijk bestuursrecht (V)
Staatsrecht / Rechtspraak
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BL0592, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 26‑03‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BL0592, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 22‑01‑2010
Beroepschrift, Hoge Raad, 17‑07‑2008
- Wetingang
RvNA art. 1, 2, 92, 273
Essentie
Antilliaanse zaak. Nietigheid exploot van betekening van appelakte/memorie van grieven wegens niet-naleving art. 1 lid 3 juncto art. 2 lid 1 RvNA; hernieuwde betekening na nietigverklaring exploot.
Nu het exploot van betekening wel vermeldt dat de geëxploiteerde weigerde het exploot in ontvangst te nemen, maar niet dat de deurwaarder vervolgens (op de voet van art. 1 lid 3 juncto art. 2 lid 1 RvNA) een afschrift van het exploot aan de woonplaats van de geëxploiteerde heeft achtergelaten in een gesloten envelop dan wel, indien dat feitelijk onmogelijk was, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.