NJB 2016/1301
Toetsing boetes bij onterecht ontvangen studiefinanciering
CRvB 01-06-2016, ECLI:NL:CRVB:2016:1877
- Instantie
Centrale Raad van Beroep
- Datum
1 juni 2016
- Magistraten
Mrs. De Mooij, Brand, Boersma
- Zaaknummer
15-2033 WSF
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Handhaving algemeen
Sociale zekerheid kinderen en jongeren / Studiefinanciering
Fiscaal bestuursrecht / Boete
Onderwijsrecht / Bijzondere onderwerpen
- Brondocumenten
ECLI:NL:CRVB:2016:1877, Uitspraak, Centrale Raad van Beroep, 01‑06‑2016
- Wetingang
art. 9.9 lid 1 Wsf 2000; art. 5:46 Awb
Essentie
Toetsing boetes bij onterecht ontvangen studiefinanciering
Uitspraak
Overwegingen
Boete algemeen
6.1.
Bij het opleggen van een boete geldt als uitgangspunt dat aan de studerende geen boete kan worden opgelegd ter zake van een beboetbaar feit – het niet voldoen aan artikel 1.5, eerste lid, van de Wsf 2000 – waaromtrent bewijs ontbreekt dat hij dit heeft gepleegd. Op de minister rust in het kader van de vaststelling van de boete de last te bewijzen dat de studerende niet heeft voldaan aan de verplichtingen van artikel 1.5, eerste lid, van de Wsf 2000. De Raad wijst in dit verband op ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.