Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2021/1060 houdende gemeenschappelijke bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds Plus, het Cohesiefonds, het Fonds voor een rechtvaardige transitie en het Europees Fonds voor maritieme zaken, visserij en aquacultuur en de financiële regels voor die fondsen en voor het Fonds voor asiel, migratie en integratie, het Fonds voor interne veiligheid en het Instrument voor financiële steun voor grensbeheer en visumbeleid
Artikel 102 Contradictoire procedure voor het onderzoek van rekeningen
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2021
- Bronpublicatie:
24-06-2021, PbEU 2021, L 231 (uitgifte: 30-06-2021, regelingnummer: 2021/1060)
- Inwerkingtreding
01-07-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
24-06-2021, PbEU 2021, L 231 (uitgifte: 30-06-2021, regelingnummer: 2021/1060)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Algemeen
EU-recht / Financiering
1.
Indien de auditautoriteit een auditadvies met voorbehoud of een afkeurend auditadvies uitbrengt om redenen die verband houden met de volledigheid, nauwkeurigheid en waarheidsgetrouwheid van de rekeningen, verzoekt de Commissie de lidstaat deze rekeningen te herzien en de in artikel 98, lid 1, bedoelde documenten binnen één maand opnieuw in te dienen.
Indien binnen de in de eerste alinea vastgelegde termijn:
- a)
het auditadvies zonder voorbehoud is, is artikel 100 van toepassing en betaalt de Commissie binnen twee maanden eventuele extra verschuldigde bedragen of gaat zij binnen die termijn over tot terugvordering;
- b)
het auditadvies nog steeds vergezeld gaat van een voorbehoud of de lidstaat de documenten niet opnieuw heeft ingediend, zijn de leden 2, 3 en 4 van toepassing.
2.
Indien het auditadvies nog steeds vergezeld gaat van een voorbehoud om redenen die verband houden met de volledigheid, nauwkeurigheid en waarheidsgetrouwheid van de rekeningen of indien het auditadvies onbetrouwbaar blijft, stelt de Commissie de lidstaat in kennis van het bedrag dat voor het boekjaar ten laste van de fondsen komt.
3.
Indien de lidstaat binnen één maand instemt met het in lid 2 van dit artikel bedoelde bedrag, betaalt de Commissie binnen twee maanden eventuele extra verschuldigde bedragen of gaat zij binnen die termijn over tot terugvordering, overeenkomstig artikel 100.
4.
Indien de lidstaat niet instemt met het in lid 2 van dit artikel bedoelde bedrag, stelt de Commissie het bedrag vast dat voor het boekjaar ten laste van de fondsen komt. Die handeling vormt geen financiële correctie en brengt geen verlaging van de steun uit de fondsen aan het programma met zich mee. De Commissie betaalt binnen twee maanden eventuele extra verschuldigde bedragen of gaat binnen die termijn over tot terugvordering, overeenkomstig artikel 100.
5.
Uiterlijk twee maanden na de datum van aanvaarding van het in artikel 43 bedoelde eindverslag over de prestaties wordt door de Commissie, wat het laatste boekjaar betreft, het jaarlijkse saldo van de rekeningen voor de programma's die steun ontvangen uit het EFRO, het ESF+, het Cohesiefonds, het JTF en het EFMZVA betaald of teruggevorderd.