Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2017/1131 inzake geldmarktfondsen
Artikel 24 Portefeuilleregels voor kortlopende MMF's
Geldend
Geldend vanaf 20-07-2017
- Bronpublicatie:
14-06-2017, PbEU 2017, L 169 (uitgifte: 30-06-2017, regelingnummer: 2017/1131)
- Inwerkingtreding
20-07-2017
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-06-2017, PbEU 2017, L 169 (uitgifte: 30-06-2017, regelingnummer: 2017/1131)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Europees financieel recht
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
Een kortlopend MMF voldoet permanent aan alle volgende portefeuillevereisten:
- a)
zijn portefeuille heeft een WAM van niet meer dan 60 dagen;
- b)
zijn portefeuille heeft een WAL van niet meer dan 120 dagen, onder voorbehoud van de tweede en derde alinea;
- c)
voor LVNAV MMF's en overheidsschuld-CNAV MMF's bestaat ten minste 10 % van hun activa uit dagelijks vervallende activa, omgekeerde retrocessieovereenkomsten die kunnen worden beëindigd met een opzegtermijn van één werkdag of geldmiddelen die kunnen worden ingetrokken met een opzegtermijn van één werkdag. Een LVNAV MMF of overheidsschuld-CNAV MMF verkrijgt geen andere activa dan dagelijks vervallende activa wanneer de verkrijging daarvan ertoe zou leiden dat dit MMF minder dan 10 % van zijn portefeuille in dagelijks vervallende activa belegt;
- d)
voor kortlopende VNAV MMF's bestaat ten minste 7,5 % van hun activa uit dagelijks vervallende activa, omgekeerde retrocessieovereenkomsten die kunnen worden beëindigd met een opzegtermijn van één werkdag of geldmiddelen die kunnen worden ingetrokken met een opzegtermijn van één werkdag. Een kortlopende VNAV MMF verkrijgt geen andere activa dan dagelijks vervallende activa wanneer de verkrijging daarvan ertoe zou leiden dat dat MMF minder dan 7,5 % van zijn portefeuille in dagelijks vervallende activa belegt;
- e)
voor LVNAV MMF's en overheidsschuld-CNAV MMF's bestaat ten minste 30 % van hun activa uit wekelijks vervallende activa, omgekeerde retrocessieovereenkomsten die kunnen worden beëindigd met een opzegtermijn van vijf werkdagen of geldmiddelen die kunnen worden ingetrokken met een opzegtermijn van vijf werkdagen. Een LVNAV MMF of overheidsschuld-CNAV MMF verkrijgt geen andere activa dan wekelijks vervallende activa wanneer de verkrijging daarvan ertoe zou leiden dat dit MMF minder dan 30 % van zijn portefeuille in wekelijks vervallende activa belegt;
- f)
voor kortlopende VNAV MMF's bestaat ten minste 15 % van hun activa uit wekelijks vervallende activa, omgekeerde retrocessieovereenkomsten die kunnen worden beëindigd met een opzegtermijn van vijf werkdagen of geldmiddelen die kunnen worden ingetrokken met een opzegtermijn van vijf werkdagen. Een kortlopend VNAV MMF verkrijgt geen andere activa dan wekelijks vervallende activa wanneer de verkrijging daarvan ertoe zou leiden dat dit MMF minder dan 15 % van zijn portefeuille in wekelijks vervallende activa belegt;
- g)
voor de onder e) bedoelde berekening, kunnen de in artikel 17, lid 7, bedoelde activa die uitermate liquide zijn en die binnen één werkdag kunnen worden terugbetaald en afgewikkeld en die een resterende looptijd van uiterlijk 190 dagen hebben, ook worden opgenomen in de wekelijks vervallende activa van een LVNAV MMF of overheidsschuld-CNAV MMF, tot 17,5 % van zijn activa;
- h)
voor de onder f) bedoelde berekening kunnen geldmarktinstrumenten of rechten van deelneming in of aandelen van andere MMF's worden opgenomen in de wekelijks vervallende activa van een kortlopend VNAV MMF tot 7,5 % van zijn activa, op voorwaarde dat ze binnen vijf werkdagen kunnen worden terugbetaald en afgewikkeld.
Voor de toepassing van punt b) van de eerste alinea, baseert een kortlopende MMF, bij het berekenen van de WAL voor effecten, met inbegrip van gestructureerde financiële instrumenten, de looptijdberekening op de resterende looptijd tot de wettelijke aflossing van de instrumenten. Wanneer een financieel instrument echter een putoptie bevat, mag een kortlopende MMF de looptijdberekening baseren op de datum van uitoefening van de putoptie in plaats van op de resterende looptijd, maar alleen indien te allen tijde aan alle volgende voorwaarden wordt voldaan:
- i)
het kortlopende MMF kan de putoptie vrijelijk uitoefenen op de uitoefeningsdatum ervan;
- ii)
de uitoefenprijs van de putoptie blijft dicht bij de verwachte waarde van het instrument op de uitoefeningsdatum;
- iii)
de beleggingsstrategie van het kortlopende MMF houdt in dat de waarschijnlijkheid hoog is dat de optie op de uitoefeningsdatum zal worden uitgeoefend.
In afwijking van de tweede alinea mag bij de berekening van de WAL voor securitisaties en ABCP's, een kortlopende MMF daarentegen, in het geval van amortisatie-instrumenten, de looptijdberekening baseren op hetzij:
- i)
het contractuele amortisatieprofiel van dergelijke instrumenten, of
- ii)
het amortisatieprofiel van de onderliggende activa waarvan de kasstromen voor de aflossing van dergelijke instrumenten het gevolg zijn.
2.
Indien de in dit artikel bedoelde begrenzingen buiten de wil van een MMF of ten gevolge van de uitoefening van voorkeur- of terugbetalingsrechten worden overschreden, streeft dat MMF er bij voorrang naar deze situatie te corrigeren, rekening houdend met de belangen van zijn deelnemers of aandeelhouders.
3.
Alle in artikel 3, lid 1, van deze verordening bedoelde MMF's kunnen voorkomen in de vorm van kortlopende MMF's.