Einde inhoudsopgave
Revindicatoire aanspraken op giraal geld (R&P nr. FR3) 2009/4.1
4.1 Inleiding
B. Bierens, datum 23-03-2009
- Datum
23-03-2009
- Auteur
B. Bierens
- JCDI
JCDI:ADS587575:1
- Vakgebied(en)
Financieel recht (V)
Voetnoten
Voetnoten
De notariële kwaliteitsrekening is slechts een van de vele toepassingsmogelijkheden. Steneker (2005) onderscheidt toepassingen in het kader van verhaalsregulering (p. 34-55) en in het kader van substitutie (p. 56-70). Enkele voorbeelden: als onderdeel van een projectfinanciering kan een escrow-account de functie als zekerheids- en beheersinstrument voor geldstromen vervullen, waarover Bertrams (2002). In afwachting van een procedure en soms onder dreiging van conservatoir beslag, wordt door de vermeende debiteur een bedrag bij een derde gestort, zie onder meer Rb. Rotterdam 20 juni 1996, JOR 1996, 128 m.nt. J.J. van Hees (`Post & Co-Van Berkum q.q.); Rb. Amsterdam 26 maart 1997, JOR 1997, 107 m.nt. J.J. van Hees (`Bindt-Nivo'); HR 12 januari 2001, NJ 2002, 371 m.nt. HJS en JOR 2001, 50 m.nt. S.C.J.J. Kortmann en A. Steneker (`Koren q.q.- Teksta q.q.'); Pres. Rb. Amsterdam 28 juni 2001, JOR 2001, 199 (`Oslcamp q.q.-Philips'). Als beheersinstrument bij de inning van vorderingen: HR 13 juni 2003, NJ2004, 196 m.nt. HJS en JOR 2003, 209 m.nt. S.C.J.J. Kortmann en A. Steneker (`ProCall'). PG Boek 3 (Invoeringswet) p. 1340 noemt de kwaliteitsrekening om substitutie mogelijk te maken bij de inning van openbaar verpande vorderingen op grond van artikel 3:246 lid 5 BW, anders echter Steneker (2005) p. 59-63. De bank- en effectenrechtelijke aspecten van de kwaliteitsrekening blijven hier buiten beschouwing. Zie daarover Biemans-Van Leeuwen (2003a) p. 203-210 en de artikelen 19 en 20 van de Vrijstellingsregeling Wet financieel toezicht.
Het komt regelmatig voor dat een bestaande geldschuld of een toekomstige betalingsverplichting niet rechtstreeks door de solvent aan de accipiënt wordt voldaan, maar wordt afgewikkeld door de bemiddeling van een tussenpersoon. De tussenpersoon zal daartoe een door hem beheerde betaalrekening openen. Een dergelijke rekening wordt doorgaans een 'kwaliteitsrekening' genoemd. Het voorbeeld bij uitstek is de rol die de notaris vervult bij de betaling van de koopprijs na de levering van een onroerend goed. De solvent dient de koopprijs kort voor de datum waarop de akte tot levering wordt gepasseerd, te storten op de kwaliteitsrekening van de notaris. Na de levering zal de notaris de koopsom overmaken aan de accipiënt.1 De vraag is aan wie het girale geld op de kwaliteitsrekening toebehoort en wie daarop, in geval van faillissement van de tussenpersoon, verhaal kan nemen. Deze vraag is het onderwerp van dit hoofdstuk. Ik begin met een bespreking van de jurisprudentie en bijzondere wetgeving (paragraaf 2), gevolgd door een overzicht van de literatuur (paragraaf 3). Na enkele kanttekeningen (paragraaf 4) leg ik uit hoe door middel van een revindicatoire aanspraak op giraal geld de kwaliteitsrekening verklaard kan worden (paragraaf 5). In de literatuur is aangedrongen op wetgeving en met het oog daarop doe ik enkele aanbevelingen (paragraaf 6). Ik besluit met een conclusie (paragraaf 7).