RvdW 2022/98
Post Keskin; toereikende afwijzing verzoek om slachtoffer te horen; gebruik verklaring slachtoffer niet in strijd met art. 6 EVRM.
HR 21-12-2021, ECLI:NL:HR:2021:1930
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
21 december 2021
- Magistraten
Mrs. V. van den Brink, A.L.J. van Strien, M.J. Borgers
- Zaaknummer
20/02856
- Conclusie
A-G mr. A.E. Harteveld
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:1930, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 21‑12‑2021
ECLI:NL:PHR:2021:1036, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 09‑11‑2021
Beroepschrift, Hoge Raad, 07‑06‑2021
- Wetingang
Essentie
Post Keskin. Hof kon oordelen dat het horen van het slachtoffer van ontucht niet van belang kan zijn voor enige in deze strafzaak te beantwoorden vraag en dat het gebruik van haar verklaring voor het bewijs niet in strijd is met art. 6 EVRM.
Samenvatting
Het belang bij het oproepen en horen van een getuige moet worden voorondersteld als het gaat om een getuige ten aanzien van wie de verdediging het ondervragingsrecht nog niet heeft kunnen uitoefenen, terwijl deze getuige al — in het vooronderzoek of anderszins — een verklaring heeft afgelegd met een ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.