Einde inhoudsopgave
RvdW 2020/69
Niet-ontvankelijkverklaring in hoger beroep niet toereikend gemotiveerd.
HR 03-12-2019, ECLI:NL:HR:2019:1892
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
3 december 2019
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, V. van den Brink, A.L.J. van Strien
- Zaaknummer
18/04141
- Conclusie
A-G mr. D.J.C. Aben
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:1892, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 03‑12‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:1046, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 15‑10‑2019
Essentie
Niet-ontvankelijkverklaring in hoger beroep niet toereikend gemotiveerd.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer 18/04141
Datum 3 december 2019
ARREST
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Amsterdam van 19 juni 2018, nummer 23/001880-17, in de strafzaak
tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1995,
hierna: de verdachte.
Conclusie
Conclusie A-G mr. D.J.C. Aben:
1. De verdachte is bij arrest van 19 juni 2018 door het gerechtshof Amsterdam niet-ontvankelijk verklaard in het hoger beroep tegen het vonnis van de rechtbank Amsterdam van 10 mei 2017, waarbij hij wegens een Opiumwetdelict is ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.