RI 2016/25
Herverpanding. Is de (openbaar) pandhouder bevoegd tot inning van aan zijn pandgever verpande vorderingen? (ABN AMRO/Marell)
HR 18-12-2015, ECLI:NL:HR:2015:3619 (ABN AMRO/Marell)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
18 december 2015
- Magistraten
Mrs. F.B. Bakels, C.A. Streefkerk, A.H.T. Heisterkamp, G. Snijders, M.V. Polak
- Zaaknummer
14/05589
- Conclusie
A-G mr. M.H. Wissink
- Roepnaam
ABN AMRO/Marell
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS922639:1
- Vakgebied(en)
Insolventierecht / Faillissement
Goederenrecht / Zekerheidsrechten
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:3619, Uitspraak, Hoge Raad, 18‑12‑2015
ECLI:NL:PHR:2015:2418, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 16‑10‑2015
Beroepschrift, Hoge Raad, 28‑10‑2014
- Wetingang
Art. 3:242 BW
Essentie
Inningsbevoegdheid pandhouder. Herverpanding?
Is de openbaar pandhouder bevoegd tot inning van aan zijn pandgever verpande vorderingen? Is het bepaalde in art. 3:242 BW in dit kader relevant?
Samenvatting
Pegas Flex B.V. ('Pegas')) heeft wegens geleverde diensten geld te vorderen van Marell Beton- en Bekistingswerken B.V. ('Marell-oud'). Tot zekerheid verpandt Marell-oud in juli 2013 al haar huidige en toekomstige vorderingen op debiteuren openbaar aan Pegas. De pandakte bepaalt dat Pegas niet bevoegd is tot herverpanding. De vorderingen van Pegas op Marell-oud waren echter al eerder, in 2012 (toekomstig) openbaar verpand aan ABN Amro Bank N.V. ('ABN AMRO'). ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.