RvdW 2023/573
Verbintenissenrecht. Bewijswaardering.
HR 26-05-2023, ECLI:NL:HR:2023:774
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
26 mei 2023
- Magistraten
Mrs. C.H. Sieburgh, A.E.B. ter Heide, S.J. Schaafsma, F.R. Salomons, G.C. Makkink
- Zaaknummer
21/04365
- Conclusie
A-G mr. G. Snijders
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Bewijs
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2023:774, Uitspraak, Hoge Raad, 26‑05‑2023
ECLI:NL:PHR:2022:842, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 23‑09‑2022
Essentie
Verbintenissenrecht. Bewijswaardering.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
CIVIELE KAMER
Nummer 21/04365
Datum 26 mei 2023
ARREST
In de zaak van
ANTEA PARTICIPATIES VII B.V.,
gevestigd te Den Haag,
EISERES tot cassatie,
hierna: Antea,
advocaten: J.H.M. van Swaaij en J.M. Moorman,
tegen
CHL INTERNATIONAL B.V.,
gevestigd te Katwijk,
VERWEERSTER in cassatie,
hierna: CHL,
advocaten: J.W.H. van Wijk en P.J. Tanja.
Conclusie
Conclusie A-G mr. G. Snijders:
1. Inleiding
Tussen Antea en onder meer de enig aandeelhouder van CHL hebben onderhandelingen plaatsgevonden over de overname van de aandelen in CHL. De onderhandelingen zijn gevoerd op basis van een intentieovereenkomst die ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.