Einde inhoudsopgave
Handels- en Samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, enerzijds, en het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland, anderzijds
Artikel 611 Instemming met overlevering
Geldend
Geldend vanaf 01-05-2021
- Bronpublicatie:
30-12-2020, PbEU 2021, L 149 (uitgifte: 30-04-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-05-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-04-2021, PbEU 2021, L 149 (uitgifte: 30-04-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Algemeen
Ondernemingsrecht / Europees ondernemingsrecht
Douane (V)
1.
Indien de aangehouden persoon te kennen geeft dat hij instemt met zijn overlevering, wordt die instemming en, indien van toepassing, de uitdrukkelijke afstand van de bescherming van het in artikel 625, lid 2, omschreven specialiteitsbeginsel gegeven ten overstaan van de uitvoerende rechterlijke autoriteit overeenkomstig het interne recht van de uitvoerende staat.
2.
Iedere staat neemt de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat de instemming en, waar passend, de afstand bedoeld in lid 1, worden verkregen onder omstandigheden waaruit blijkt dat de betrokkene uit vrije wil handelt en zich ten volle bewust is van de gevolgen. De betrokkene heeft het recht zich te dien einde door een advocaat te doen bijstaan.
3.
De instemming en, waar passend, de afstand bedoeld in lid 1, worden opgetekend in een proces-verbaal overeenkomstig de procedure die is vastgesteld in het interne recht van de uitvoerende staat.
4.
De instemming kan in beginsel niet worden herroepen. Elke staat kan bepalen dat de instemming en, indien van toepassing, de afstand bedoeld in lid 1 van dit artikel, overeenkomstig de toepasselijke regels van zijn intern recht kunnen worden herroepen. In dat geval wordt het tijdvak tussen de datum van instemming en de datum van herroeping niet in aanmerking genomen voor het bepalen van de in artikel 621 gestelde termijnen. Het Verenigd Koninkrijk en de Unie, namens elk van haar lidstaten, kunnen elk het Gespecialiseerd Comité voor samenwerking inzake rechtshandhaving en justitie ervan in kennis stellen dat zij van die mogelijkheid gebruik wensen te maken, met vermelding van de procedures volgens welke herroeping van de instemming mogelijk is, alsook iedere wijziging van die procedures.