Einde inhoudsopgave
Verdrag tussen de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden en de Regering van het Koninkrijk Saudi-Arabië tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen
Artikel 23 Methoden voor het vermijden van dubbele belasting
Geldend
Geldend vanaf 01-12-2010
- Bronpublicatie:
13-10-2008, Trb. 2008, 214 (uitgifte: 17-12-2008, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-12-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
23-12-2010, Trb. 2010, 329 (uitgifte: 23-12-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal belastingrecht (V)
Internationaal belastingrecht / Belastingverdragen
De methode voor het vermijden van dubbele belasting is als volgt:
- 1.
wat Nederland betreft:
- a.
wanneer Nederland belasting heft van zijn inwoners kan het in de grondslag waarnaar de belasting wordt geheven, de bestanddelen van het inkomen begrijpen die overeenkomstig de bepalingen van dit Verdrag in het Koninkrijk Saudi-Arabië mogen worden belast of slechts in het Koninkrijk Saudi-Arabië belastbaar zijn.
- b.
Indien echter een inwoner van Nederland bestanddelen van het inkomen verkrijgt die volgens artikel 6, artikel 7, artikel 10, vierde lid, artikel 11, vijfde lid, artikel 12, vierde lid, artikel 13, eerste en tweede lid, artikel 14, eerste lid, artikel 15, eerste lid, artikel 19, eerste lid, onderdeel a, en tweede lid, onderdeel a, en artikel 22, tweede lid, van dit Verdrag in het Koninkrijk Saudi-Arabië mogen worden belast en die in de in het eerste lid, onderdeel a, bedoelde grondslag zijn begrepen, stelt Nederland deze bestanddelen van het inkomen vrij door een vermindering van zijn belasting te verlenen. Deze vermindering wordt berekend overeenkomstig de bepalingen in de Nederlandse wetgeving tot het vermijden van dubbele belasting. Te dien einde worden bedoelde bestanddelen van het inkomen geacht te zijn begrepen in het bedrag van de bestanddelen van het inkomen die ingevolge die bepalingen van Nederlandse belasting zijn vrijgesteld.
- c.
Nederland verleent voorts een aftrek op de aldus berekende Nederlandse belasting voor de bestanddelen van het inkomen die volgens artikel 10, tweede lid, onderdeel b, artikel 13, derde lid, artikel 16, artikel 17, eerste en tweede lid, en artikel 18, derde lid, van dit Verdrag in het Koninkrijk Saudi-Arabië mogen worden belast, in zoverre deze bestanddelen in de in het eerste lid, onderdeel a, bedoelde grondslag zijn begrepen. Het bedrag van deze aftrek is gelijk aan de in het Koninkrijk Saudi-Arabië over deze bestanddelen van het inkomen betaalde belasting, maar bedraagt, indien de bepalingen in de Nederlandse wetgeving tot het vermijden van dubbele belasting daarin voorzien, niet meer dan het bedrag van de aftrek die zou zijn verleend indien de aldus in het inkomen begrepen bestanddelen van het inkomen de enige bestanddelen van het inkomen zouden zijn geweest die uit hoofde van de bepalingen in de Nederlandse wetgeving tot het vermijden van dubbele belasting van Nederlandse belasting zijn vrijgesteld.
Dit lid zal een tegemoetkoming nu of in de toekomst verleend uit hoofde van de bepalingen in de Nederlandse wetgeving tot het vermijden van dubbele belasting niet beperken, echter uitsluitend voor zover het de berekening van het bedrag van de aftrek op de Nederlandse belasting betreft met betrekking tot de som van inkomsten afkomstig uit meer dan een land en de voortwenteling van de belasting betaald in het Koninkrijk Saudi-Arabië op bedoelde bestanddelen van het inkomen naar de volgende jaren.
- d.
Niettegenstaande de bepalingen van het eerste lid, onderdeel b, van dit artikel verleent Nederland een aftrek op de Nederlandse belasting voor de in het Koninkrijk Saudi-Arabië betaalde belasting op bestanddelen van het inkomen die volgens artikel 7, artikel 10, vierde lid, artikel 11, vijfde lid, artikel 12, vierde lid, en artikel 22, tweede lid, van dit Verdrag in het Koninkrijk Saudi-Arabië mogen worden belast, voor zover deze bestanddelen in de in het eerste lid, onderdeel a, bedoelde grondslag zijn begrepen, indien en voor zover Nederland uit hoofde van de bepalingen in de Nederlandse wetgeving tot het vermijden van dubbele belasting een aftrek verleent op de Nederlandse belasting voor de in een ander land over die bestanddelen van het inkomen geheven belasting. Voor de berekening van deze aftrek zijn de bepalingen van het eerste lid, onderdeel c, van dit artikel van overeenkomstige toepassing.
- 2.
wat het Koninkrijk Saudi-Arabië betreft:
- a.
indien een inwoner van het Koninkrijk Saudi-Arabië inkomsten verkrijgt, die in overeenstemming met de bepalingen van dit Verdrag in Nederland mogen worden belast, stelt het Koninkrijk Saudi-Arabië, onder voorbehoud van de bepalingen van het tweede lid, onderdeel b, van dit artikel deze inkomsten vrij van belasting.
- b.
indien een inwoner van het Koninkrijk Saudi-Arabië bestanddelen van het inkomen verkrijgt, die in overeenstemming met de bepalingen van de artikelen 10, 11 en 12 en artikel 13, derde en vierde lid, in Nederland mogen worden belast, verleent het Koninkrijk Saudi-Arabië een aftrek op de belasting over het inkomen van die inwoner tot een bedrag dat gelijk is aan de belasting die in Nederland is betaald. Deze aftrek is evenwel niet hoger dan het deel van de belasting berekend voordat de aftrek is verleend die is toe te rekenen aan de bestanddelen van het inkomen die in Nederland zijn verkregen.
- c.
Wat betreft het Koninkrijk Saudi-Arabië laten de methoden voor het vermijden van dubbele belasting de bepalingen van het stelsel voor de invordering van Zakat met betrekking tot Saudische onderdanen onverlet.