Einde inhoudsopgave
Staatsregeling [Sint Maarten]
Artikel 100
Geldend
Geldend vanaf 10-10-2010
- Bronpublicatie:
21-07-2010, Afkondigingsblad van Sint Maarten 2010, GT 1 (uitgifte: 20-12-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
10-10-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
23-09-2010, Stb. 2010, 387 (uitgifte: 01-10-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Afhankelijke geldigheid
Treedt tegelijk in werking met art. I en II van de Rijkswet tot wijziging van het Statuut in verband met de opheffing van de Nederlandse Antillen (07-09-2010, Stb. 333).
- Vakgebied(en)
Staatsrecht / Staatsinrichting
1.
De begroting van de ontvangsten en de uitgaven van het Land wordt bij landsverordening vastgesteld.
2.
De jaarbegroting en de meerjarenbegroting zullen sluitend zijn. Indien dit nodig is in verband met het herstel van schade veroorzaakt door buitengewone gebeurtenissen, waaronder natuurrampen, kan volgens regels gegeven bij of krachtens rijkswet of landsverordening, worden afgeweken van de eerste volzin.
3.
De begroting wordt jaarlijks in een of meer ontwerpen door de regering aan de Staten uiterlijk op de eerste september aangeboden.
4.
De verantwoording van de ontvangsten en de uitgaven van het Land wordt aan de Staten gedaan overeenkomstig de landsverordening. De door de Algemene Rekenkamer onderzochte rekening wordt jaarlijks aan de Staten overgelegd.
5.
Bij landsverordening worden regels gesteld omtrent het beheer van de financiën van het Land.