Einde inhoudsopgave
Besluit beheer politie
Artikel 47
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2023
- Bronpublicatie:
21-11-2022, Stb. 2022, 457 (uitgifte: 24-11-2022, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-11-2022, Stb. 2022, 478 (uitgifte: 30-11-2022, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Politierecht / Organisatie
1.
De korpschef verstrekt aan Onze Minister een 4-maands-, een 8-maands- en een 12-maandsmanagementrapportage over de uitvoering van het beheersplan. Deze managementrapportages worden telkens uiterlijk op respectievelijk 1 juni, 1 oktober en 1 februari verstrekt aan Onze Minister.
2.
De in het eerste lid bedoelde rapportages en het jaarverslag bevatten in ieder geval de onderstaande informatie:
- a.
de omvang van de operationele sterkte, bedoeld in artikel 1, onder b, van het Besluit verdeling sterkte en middelen politie en de niet-operationele sterkte alsmede de verdeling van de operationele en de niet-operationele sterkte over de onderdelen van de politie;
- b.
het aantal aspiranten alsmede de verdeling van de aspiranten over de onderdelen van de politie;
- c.
de sterkte die en het materieel dat feitelijk ter beschikking is gesteld aan de Politieacademie;
- d.
de sterkte die feitelijk ter beschikking is gesteld aan de politieonderwijsraad.
3.
De korpschef zendt jaarlijks voor 1 april een ontwerp van het jaarverslag over het voorafgaande jaar aan Onze Minister.
4.
Onze Minister stelt jaarlijks voor 15 mei het jaarverslag over het voorafgaande jaar vast.
5.
Het vastgestelde jaarverslag wordt als bijlage bij het jaarverslag van het Ministerie van Justitie en Veiligheid ter informatie aan de Staten-Generaal gezonden.
6.
De korpschef toetst in periodieke audits de mate waarin de door hem verwerkte gegevens eenduidig, consistent en volledig zijn.