Einde inhoudsopgave
Wet tot regeling van het toezicht op psychiatrische patiënten BES
Artikel 38
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2024
- Bronpublicatie:
25-08-2023, Stb. 2023, 293 (uitgifte: 13-09-2023, kamerstukken: 36002)
- Inwerkingtreding
01-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-09-2023, Stb. 2023, 323 (uitgifte: 04-10-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Gezondheidsrecht (V)
Gezondheidsrecht / Individuele gezondheidszorg
Door de openbare lichamen worden, bij gebreke van tijdige betaling op andere wijzen, als voorschot voldaan de kosten voortvloeiende uit:
- 1°
het bij sluiting van een psychiatrisch ziekenhuis op last van Onze Minister overbrengen van psychiatrische patiënten naar andere psychiatrische ziekenhuizen volgens Artikel 4 en hunne opneming en verpleging daarvan;
- 2°
de overbrenging naar en de opneming en verpleging in een psychiatrisch ziekenhuis van psychiatrische patiënten omtrent wie het onzeker is door wien de kosten moeten worden gedragen of wier plaatsing of verdere verpleging ingevolge deze wet geschiedt op requisitoir van den Procureur-generaal;
- 3°
het vervoer en de verpleging, waar ook, van psychiatrische patiënten op bevel van den Gezaghebber in bewaring gesteld overeenkomstig Artikel 15.
Deze kosten worden door de openbare lichamen verhaald:
- a.
op de bestuurders der psychiatrische ziekenhuizen, indien de uitgaaf het gevolg is van de nalatigheid of verzuim hunnerzijds;
en anders:
- b.
op de inkomsten en bezittingen van den verpleegde, en voor zoover deze daartoe toereikend zijn;
- c.
op zijne bloed- en aanverwanten, die naar artikel 468 van het Burgerlijk Wetboek BES tot zijn onderhoud verplicht zijn;
- d.
op het openbaar lichaam dat volgens Artikel 37A de verplegingskosten van de psychiatrische patiënten heeft te voldoen.
De kosten van verpleging in een psychiatrisch ziekenhuis worden aan de personen of de openbare lichamen sub b, c en d genoemd in rekening gebracht.