Einde inhoudsopgave
Regeling tegemoetkoming niet-loondienstgerelateerde slachtoffers van mesothelioom en asbestose
Artikel 6
Geldend
Geldend vanaf 01-04-2014
- Bronpublicatie:
17-03-2014, Stcrt. 2014, 7712 (uitgifte: 25-03-2014, regelingnummer: IENM/BSK-2014/64445)
- Inwerkingtreding
01-04-2014
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
17-03-2014, Stcrt. 2014, 7712 (uitgifte: 25-03-2014, regelingnummer: IENM/BSK-2014/64445)
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Algemeen
Omgevingsrecht / Milieu
1.
De persoon, bedoeld in artikel 2, verstrekt de SVB of de door haar aangewezen personen of instellingen bij de indiening van de aanvraag om tegemoetkoming in ieder geval:
- a.
de inlichtingen en de bewijsstukken die noodzakelijk zijn ter vaststelling van maligne mesothelioom,
- b.
de inlichtingen en de bewijsstukken inzake de eventuele, reeds gedane inspanningen om de schade langs burgerrechtelijke weg te verhalen,
- c.
de inlichtingen en de bewijsstukken over de in verband met het geconstateerde maligne mesothelioom of de geconstateerde asbestose reeds ontvangen vergoeding van de immateriële schade, en
- d.
de inlichtingen en zo mogelijk de bewijsstukken inzake de blootstelling aan asbest en de periode waarin de blootstelling heeft plaatsgevonden.
2.
De persoon, bedoeld in artikel 2, verstrekt de SVB of de door haar aangewezen personen of instellingen op verzoek of uit eigen beweging de overige inlichtingen en bewijsstukken die nodig zijn voor de uitvoering van deze regeling en verleent ook overigens de medewerking die redelijkerwijs nodig is.
3.
Indien de nabestaanden in het geval van artikel 3, eerste lid, onderdeel b, een aanvraag om tegemoetkoming indienen, zijn het eerste en het tweede lid op hen van overeenkomstige toepassing.
4.
Indien de nabestaanden in het geval van artikel 3, eerste lid, onderdeel a, een recht op een tegemoetkoming hebben, is het tweede lid van overeenkomstige toepassing en verstrekken zij de SVB de inlichtingen en de bewijsstukken over de in verband met het geconstateerde maligne mesothelioom of de geconstateerde asbestose door hen reeds ontvangen vergoedingen van de immateriële schade.
5.
In het geval van artikel 3, eerste lid, onderdeel b, kunnen nabestaanden tot en met 30 november 2008 een aanvraag om tegemoetkoming indienen.