BR 2017/88
Artikel 8:89 Awb regelt de competentieverdeling tussen de bestuursrechter en de burgerlijke rechter. Niet de omvang van de totale vordering is bepalend, maar de gevraagde vergoeding. Indien iemand een vergoeding van meer dan € 25.000 vraagt, dan dient de bestuursrechter zich onbevoegd te verklaren.
ABRvS 02-08-2017, ECLI:NL:RVS:2017:2081, m.nt. N. Bouayad en G.C.W. van der Feltz
- Instantie
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
- Datum
2 augustus 2017
- Magistraten
Mrs. B.J. van Ettekoven, J.A.W. Scholten-Hinloopen, G. Snijders, H. Bolt en B.P.M. van Ravels
- Zaaknummer
201604640/1/A2
- Noot
N. Bouayad en G.C.W. van der Feltz
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS13711:1
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Overheid en privaatrecht
Staatsrecht / Rechtspraak
- Brondocumenten
ECLI:NL:RVS:2017:2081, Uitspraak, Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 02‑08‑2017
- Wetingang
Essentie
Artikel 8:89 Awb regelt de competentieverdeling tussen de bestuursrechter en de burgerlijke rechter. Niet de omvang van de totale vordering is bepalend, maar de gevraagde vergoeding. Indien iemand een vergoeding van meer dan € 25.000 vraagt, dan dient de bestuursrechter zich onbevoegd te verklaren.
Samenvatting
Ook de toelichtende stukken behorende bij titel 8.4 van de Awb bieden onvoldoende aanknopingspunten om aan te nemen dat de bestuursrechter niet bevoegd is om van een verzoek als bedoeld in art. 8:88 Awb kennis te nemen, indien de gevraagde schadevergoeding wordt beperkt tot een bedrag van ten hoogste € 25.000,00, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.