V-N 2014/28.12
Verhuurde kunstwerken worden ter belegging aangehouden
HR 06-06-2014, ECLI:NL:HR:2014:1308, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
6 juni 2014
- Magistraten
Feteris, Schaap, Van Loon, Fierstra, Wortel
- Zaaknummer
13/01356
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- JCDI
JCDI:ADS918276:1
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting / Inkomen uit werk en woning (box 1) - niet-winst
Inkomstenbelasting / Vermogensrendementsheffing (box 3)
- Brondocumenten
Beroepschrift, Hoge Raad, 06‑06‑2014
ECLI:NL:HR:2014:1308, Uitspraak, Hoge Raad, 06‑06‑2014
ECLI:NL:PHR:2013:1138, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 22‑10‑2013
- Wetingang
art. 5.8 Wet IB 2001
Essentie
De Hoge Raad oordeelt dat X, door de verhuur van de kunstwerken, bewerkstelligt dat hij deze bezittingen rendabel maakt op een zodanige wijze dat zij hoofdzakelijk als belegging dienen. Ze behoren tot de box 3-grondslag
Samenvatting
X verzamelt kunst. In 2003 en 2004 stelt hij een aantal kunstwerken uit zijn collectie voor een periode van vijf jaren ter beschikking aan museum E. De huurprijs bedraagt 8 percent van de waarde van de kunstwerken. Hiertoe is medio 2003 een overeenkomst tot verkoop, verhuur, geldlening en levering van kunstwerken gesloten, waarbij X onder andere afstand doet van zijn vordering tot ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.